NAVO stuurt nog eens 700 militairen naar Kosovo na rellen
De NAVO stuurt 700 militairen extra naar het noorden van Kosovo vanwege de onrust van gisteren. Dat heeft Jens Stoltenberg, secretaris-generaal van de NAVO, bekendgemaakt. Daarnaast heeft het militaire bondgenootschap nog eens honderden reservisten gevraagd om paraat te staan.
Gisteren raakten de NAVO-vredesmacht en etnische Serviërs in de stad Zvecan slaags toen die laatste groep wilde voorkomen dat de net gekozen Albanees-Kosovaarse burgemeester het gemeentehuis binnenging. Dertig NAVO-militairen raakten bij de ongeregeldheden gewond. Volgens de Servische autoriteiten liepen zo'n vijftig Servische demonstranten verwondingen op.
Stoltenberg sprak vandaag van "onacceptabel geweld" dat "onmiddellijk moet stoppen". Hij waarschuwde dat de manschappen zullen ingrijpen als de veiligheid van de gehele bevolking in Kosovo in gevaar komt. De NAVO is momenteel al met zo'n 3800 manschappen in het land aanwezig.
Het gemeentehuis van Zvecan werd vandaag afgesloten door NAVO-militairen. Ook werden barricades opgezet om de veiligheid in de stad beter te kunnen garanderen.
Verkiezingen en nummerborden
De onrust is terug te voeren op de verkiezingen van afgelopen maand. In het noorden van Kosovo wonen overwegend etnische Serviërs die bij Servië willen horen. Zij kozen ervoor de stembusgang te boycotten. Als gevolg daarvan werden, dankzij een kleine minderheid, in vier gemeenten politici met een Albanese achtergrond tot burgemeester gekozen. Gisteren was de eerste werkdag van de burgemeesters, maar Serviërs probeerden dat te verhinderen.
De ongeregeldheden hebben ook te maken met een rel van vorig jaar over de invoering van Kosovaarse kentekenplaten voor de Serviërs in het noorden. Zij weigerden die kentekenplaten te gebruiken. Ook toen liepen de spanningen hoog op, maar in november werd uiteindelijk een akkoord bereikt.
Afgelopen maart werd tussen de leiders van beide landen nog gepraat om de onderlinge relatie te normaliseren. Onder leiding van EU-buitenlandchef Josep Borrell onderhandelden ze twaalf uur lang met elkaar in Noord-Macedonië en werden het op een aantal punten eens.
