Geboortehuis van Hitler wordt centrum voor mensenrechtentrainingen
In het geboortehuis van Adolf Hitler in de Oostenrijkse gemeente Braunau am Inn zullen in de toekomst trainingen op het gebied van mensenrechten worden gegeven aan politieagenten. Het pand wordt in het najaar verbouwd tot een politiebureau, melden Oostenrijkse media.
Over de bestemming van het gebouw is al jaren discussie. Het huis stond leeg na het vertrek van de sociale werkplek Lebenshilfe in 2011. Omdat de eigenares niet wilde meewerken aan de toekomstplannen voor het pand, werd het huis in 2016 onteigend. Zo moest worden voorkomen dat het een bedevaartsoord voor neonazi's zou worden.
Een commissie sprak zich datzelfde jaar uit voor een liefdadigheids- of administratieve bestemming. Sloop was geen optie, omdat dat volgens sommigen internationaal zou worden gezien als een weigering van Oostenrijk om het verleden onder ogen te komen. In 2019 werd besloten dat het pand tot een politiebureau zou worden verbouwd.
De herinrichting van het huis liep daarna vertraging op door de coronapandemie. Inmiddels worden de totale kosten van de verbouwing geschat op 20 miljoen euro. Het politiebureau moet in 2025 af zijn.
Hitler werd op 20 april 1889 geboren in een door zijn ouders gehuurde bovenwoning in het pand. Nadat de toenmalige eigenaar was overleden, werd het pand verkocht aan de familie Pommer. Die moest het in 1938 afstaan aan het naziregime, dat er een nationaal monument van maakte. De familie kreeg het huis in 1977 terug.