Veel arrestaties voor Duitse plofkraken, helft verdachten uit Utrecht
Dit jaar zijn al meer Nederlanders aangehouden voor plofkraken in Duitsland dan in heel vorig jaar. Een groot deel van hen komt uit Utrecht.
Vandaag praat de Utrechtse driehoek (OM, politie en gemeente) daarom met de autoriteiten in Noordrijn-Westfalen, de Duitse deelstaat die de meeste last heeft van Nederlandse plofkrakers. Het is de bedoeling meer preventieve maatregelen te nemen.
Zo wordt gesproken over betere gegevensuitwisseling, zodat plofkrakers die in Duitsland hebben vastgezeten bij terugkomst in Nederland kunnen worden opgenomen in een persoonsgerichte aanpak. Nu zijn die gegevens niet altijd bekend.
Ruim 60 arrestaties
In heel vorig jaar arresteerde de Duitse politie 60 Nederlanders voor het plegen van plofkraken. Begin deze maand waren er al 57 Nederlanders opgepakt. De helft van deze verdachten komt uit Utrecht.
Ook vanochtend zijn weer vijf verdachten aangehouden bij invallen in Amsterdam, Helmond en Utrecht. Zij zouden meer dan twintig plofkraken hebben gepleegd en ruim een miljoen hebben buitgemaakt. Het totaal aantal arrestaties ligt daarmee dus al hoger dan heel vorig jaar.
Werkterrein
Terwijl het aantal plofkraken in Nederland is gekelderd door extra veiligheidsmaatregelen en het weghalen van automaten, is het aantal geldautomaten dat over de grens wordt opgeblazen juist enorm toegenomen.
In Duitsland wordt nog veel met cash betaald en zijn er ook veel meer regionale banken met minder goed beveiligde automaten dan in Nederland. Criminelen hebben hun werkterrein daarom verlegd.
Vorig jaar werden alleen in Noordrijn-Westfalen al 180 automaten opgeblazen. In heel Duitsland waren dat er naar schatting zo'n 450, een recordaantal. Dit jaar zijn er tot nu toe 142 plofkraken geweest, waarvan 58 in Noordrijn-Westfalen.
Omdat de meeste verdachten uit Nederland komen, werkt de politie in beide landen nauw samen. Zo werd in februari nog een groep opgepakt, die verantwoordelijk zou zijn voor vele tientallen plofkraken in Duitsland.
Cocainehandel
Criminelen uit Utrecht zijn al jaren opvallend actief met plofkraken over de grens. Zij geven de kennis aan elkaar door. Onlangs werd nog een groep veroordeeld die geldautomaten bestelde om te oefenen. In deze 'plofkraakschool' in de wijk Overvecht kwam een van de verdachten om het leven toen hij explosieven testte.
Volgens Utrecht zijn behalve opsporing ook preventieve maatregelen hard nodig, omdat er steeds nieuwe aanwas is van jongeren die plofkraken plegen. De opbrengst, gemiddeld een ton per kraak, wordt soms gebruikt om zich in te kopen in de cocaïnehandel.
Sinds een paar jaar bestaat er in de regio een persoonsgerichte aanpak, die moet voorkomen dat jongeren verder afglijden. Utrecht wil in die aanpak ook plofkrakers meenemen die in Duitsland zijn veroordeeld.