Consumentenbond komt met massaclaim tegen Google
De Consumentenbond bereidt een massaclaim voor tegen Google. Volgens de bond schendt het Amerikaanse techbedrijf op grote schaal de privacy van gebruikers. Als het Amerikaanse techbedrijf daar niet mee stopt en ook geen schadevergoeding betaalt, stapt de consumentenorganisatie naar de rechter. Eerder deed de bond dat al met succes in een zaak tegen Facebook.
"Google is het meest dominante databedrijf ter wereld", zegt Gerard Spierenburg van de Consumentenbond. "Ze verzamelen enorme hoeveelheden gegevens via al hun diensten. Door locatiegegevens weet het bedrijf waar je woont, waar je werkt, waar je kinderen naar school gaan. En bijvoorbeeld of je een homobar bezoekt of naar een partijbijeenkomst bent geweest. Dat zijn allemaal heel gevoelige gegevens."
Volgens de Consumentenbond zet Google allerlei technieken in waardoor consumenten vaak onbewust - en dus mogelijk ongewild - toestemming geven voor de verzamelwoede van het bedrijf. En dat is in strijd met de wet, beargumenteert de bond.
Google heeft kort gereageerd op de aankondiging. "We nemen privacyklachten zeer serieus en hebben in september 2022 de stichting waaraan de Consumentenbond zich nu heeft verbonden om meer details gevraagd, maar nooit een reactie gehad."
Amerikaanse advocaten
De Consumentenbond eist samen met de Stichting Bescherming Privacybelangen dat Google de huidige diensten aanpast en daarnaast een schadevergoeding betaalt aan alle Nederlandse consumenten die sinds 1 maart 2012 Google hebben gebruikt. Als Google dit niet uit zichzelf wil doen, schakelt de bond de rechter in om het af te dwingen.
Door een wetswijziging in 2019 kan de rechter nu collectieve compensatie opleggen. De nieuwe wet biedt ook ruimte voor investeerders om een graantje mee te pikken van de massaclaim. Dat is ook in deze zaak het geval.
De zaak tegen Google wordt gefinancierd door het Amerikaanse advocatenkantoor Lieff Cabraser Heimann & Bernstein. Als de Consumentenbond de zaak wint, krijgen de Amerikanen 18 tot 25 procent van de opbrengst. "De rechter beslist hoeveel precies", zegt Spierenburg. Dat de investeerder geld wil verdienen aan de zaak ziet hij niet als iets slechts. "De financier stelt ons in gelegenheid om de zaak te voeren."