Overijssel legt wildoversteekplaatsen aan, nadat meer dan 1100 reeën zijn doodgereden
Overijssel gaat proberen om het aantal dieren dat wordt doodgereden op de provinciale wegen drastisch terug te brengen. Op de plekken waar het vaak misgaat, komen speciale wildoversteekplaatsen.
In een eerste inschatting ging de provincie uit van tien nieuwe oversteekplaatsen, maar na een nieuwe inventarisatie worden nu zeventien plekken aangepakt waar veel wild wordt doodgereden, meldt RTV Oost, Het gaat onder meer om de provinciale wegen bij Giethoorn, Dedemsvaart, Holten en Wierden.
De provincie komt in actie nadat er vorig jaar in Overijssel 1144 reeën waren doodgereden. Dat is meer dan tien procent van het totaal aantal reeën in Overijssel én een record volgens de Faunabeheereenheid Overijssel. In 2018 waren het 'slechts' 930 reeën. Om de verkeersveiligheid te vergroten laat de provincie ook elk jaar ongeveer 3500 reeën afschieten.
Natuurbrug over de weg
Hoe de nieuwe wildoversteekplaatsen op de 'faunaknelpunten' eruit gaan zien, is nog onduidelijk. Een woordvoerster van Natuurmonumenten zegt dat er voor reeën eigenlijk maar één veilige oplossing is: een natuurbrug die over de autoweg heen komt te liggen. Dat bouw daarvan is een kostbaar en tijdrovend.
Voor otters en dassen, die ook relatief vaak worden doodgereden in Overijssel, is er wel een snelle, goedkope oplossing mogelijk: een smalle tunnel onder de weg door. De provincie heeft 3,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de 17 knelpunten.
In heel Nederland worden er gemiddeld jaarlijks zo'n 8.000 herten, reeën en zwijnen doodgereden, althans volgens de officiële registratie. Maar niet alle provincies in Nederland registreren wildaanrijdingen. "En in de praktijk zullen het er meer zijn, want niet alle aanrijdingen worden gemeld en gewonde dieren kunnen terug het bos in strompelen en buiten het zicht doodgaan", aldus een woordvoerder van Staatsbosbeheer vorig jaar.