Thuiswerken en vaker de natuur in: de positieve erfenis van de coronatijd

• Annabel van Gestel

Gesloten cafés en sportscholen, altijd een mondkapje in je jaszak en obsessief je handen wassen: weinig mensen zullen met heimwee terugdenken aan de tijd dat deze zaken aan de orde van de dag waren. Toch was het niet alleen maar kommer en kwel tijdens de coronacrisis.

Wat is er een jaar na de laatste lockdown nog over van de gewoontes die we oppikten in de coronaperiode? Een periode waarvan deze week overigens ook op een andere manier het einde werd gemarkeerd: het Outbreak Management Team (OMT) stelde donderdag vast dat van een pandemie geen sprake meer is.

25 februari 2022 was de dag die we - in ieder geval gevoelsmatig - het officieuze einde van de coronacrisis kunnen noemen. De anderhalvemetermaatregel en het coronatoegangsbewijs vervielen, waardoor we eindelijk weer met velen konden samenkomen. Het virus dat twee jaar lang ons leven had beheerst, was grotendeels onder controle.

Hoewel de coronacrisis voor velen de boeken in zal gaan als een zware tijd, ontstonden in die periode ook nieuwe gewoontes die we eigenlijk wel prettig vonden. En die lijken een blijvertje te zijn.

Nederlanders kregen tijdens de coronaperiode een hernieuwde waardering voor het natuurschoon dat Nederland te bieden heeft. Vereniging Natuurmonumenten zag dit voornamelijk aan de sterke stijging van het ledenaantal. In 2021 kwamen er bijna 120.000 nieuwe leden bij, waar dat er in 2019 'slechts' 17.000 waren.

Jody Bennink, boswachter van Staatsbosbeheer op de Veluwe-Noord, ziet inderdaad dat Nederlanders de natuur hebben herontdekt. "Het is niet zo druk meer als tijdens corona, maar doordat veel mensen thuiswerken zie je nu ook op doordeweekse dagen meer mensen."

De boswachter merkt ook dat mensen die dat voorheen niet of nauwelijks deden, vaker de natuur opzoeken. "Het Zwolse bos is daar een mooi voorbeeld van. Ik spreek mensen uit Zwolle die hier nog nooit waren geweest en zeggen: wat is het hier prachtig."

Coronahobby's

Toen van de ene op de andere dag sportscholen en -verenigingen de deuren sloten, gingen Nederlanders massaal op zoek naar andere manieren om in beweging te blijven. Verkoopsite Marktplaats.nl zag gedurende de hele coronaperiode een explosieve stijging in sportattributen, skeelers bijvoorbeeld. Waar in januari 2020 nog 7900 keer naar skeelers werd gezocht, was dat in dezelfde maand in 2021 maar liefst 141.000 keer.

Meer vrije tijd betekende ook: meer tijd voor nieuwe hobby's. In januari 2021 werd op Marktplaats ruim 1,5 miljoen keer gezocht naar puzzels, ongeveer zes keer zo veel als een jaar eerder. En ook bordspellen, gameconsoles en lego stegen in populariteit.

Opvallend is dat dezelfde artikelen ná het opheffen van de coronamaatregelen niet massaal weer op de website werden aangeboden. Her en der zullen de puzzels en racefietsen wellicht weer liggen te verstoffen, maar over het algemeen lijken we trouw te zijn gebleven aan onze coronahobby's.

Vakantie in eigen land

Reizen naar verre oorden was geen optie tijdens de crisis, dus waren we aangewezen op eigen land. En dat is goed bevallen, blijkt onder meer uit de Vakantie Sentiment Monitor van het Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen (NBTC).

Het aantal Nederlanders dat vorig jaar, na corona, in eigen land op vakantie ging was met 11 procent gestegen ten opzichte van pre-coronajaar 2019. Voor dit jaar verwacht de organisatie een verdere toename.

Martin Overweg, eigenaar van Natuurkampeerterrein de Klashorst in het Overijsselse Diffelen, omschrijft de coronaperiode als een gekkenhuis. "We kregen ineens ook mensen die eigenlijk meer van de all-inclusive-vakanties in het buitenland zijn. Sommigen hadden nog nooit een tent opgezet, maar ze waren hier heel gelukkig."

De boekingen stromen binnen voor komend jaar en volgens Overweg is daar ook een nieuwe doelgroep bij gekomen. "Mensen zijn erachter gekomen dat Nederland verschrikkelijk mooi is."

Thuiswerken

Het thuiswerkadvies was een constante factor gedurende de coronacrisis en veel werkgevers gaven daar gehoor aan. Waar videovergaderingen en provisorische werkplekken aan de keukentafel in het voorjaar van 2020 nog onwennig voelden, is (deels) thuiswerken inmiddels de norm voor veel werkenden.

Dat blijkt ook uit recent onderzoek van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat: in oktober 2022 werd gemiddeld 6,4 uur per week thuisgewerkt, bijna een verdubbeling ten opzichte van dezelfde maand in 2019. Op de lange termijn verwachten werkenden gemiddeld 6,8 uur per week thuis te werken.