Vuilnis op de eerste stakingsdag in Amsterdam
NOS Nieuws

Vuil op straat goed zichtbaar door staking afgelopen weken: 'We kopen veel afval'

  • Anna Mees

    redacteur Online

  • Anna Mees

    redacteur Online

De stakingen van gemeentemedewerkers zoals vuilophalers zijn voorlopig van de baan, zo werd vanochtend bekend. Dat betekent dat de bergen afvalzakken, die de afgelopen weken in verschillende Nederlandse steden opdoken, weer kunnen worden opgeruimd. Bij deze aanblik rees de vraag: hoeveel afval produceren we eigenlijk, en kan het ook minder?

Ruim 500 kilo per jaar, een kleine anderhalve kilo per dag, is de gemiddelde oogst van een inwoner van Nederland. Ongeveer een derde daarvan belandt bij het restafval: 164 kilo, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Daarnaast vooral bij het gft (98 kilo), papier en karton (48 kilo) en grofvuil (29 kilo).

Van al dit afval wordt zo'n 60 procent gescheiden. De overheid had eigenlijk gewild dat dit in 2020 al 75 procent zou zijn.

Afvalberg verkleinen

Gescheiden afval is makkelijker te recyclen dan niet-gescheiden afval. Als bijvoorbeeld textiel in het restafval komt, wordt het vies en gaat het kapot, zegt Linda Nijenhuis van voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal. "Hetzelfde geldt voor papier en karton. Plastic kan na afloop wel goed gescheiden worden."

Maar beter dan afval scheiden en recyclen is het om de afvalberg te verkleinen, zegt zij. "Bijvoorbeeld: zo min mogelijk eenmalige artikelen gebruiken, een tas meenemen als je boodschappen gaat doen en een herbruikbare waterfles vullen met kraanwater."

En repareren, want dat iets kapot is, wil dat nog niet zeggen dat je het moet vervangen, zegt Nijenhuis. "Als je repareert, voorkom je dat er nieuwe grondstoffen gebruikt worden. Het is niet nodig om almaar nieuwe spullen te kopen. Die mindset zou moeten veranderen. Denk na of je iets echt zelf wil hebben en nieuw wil kopen, of dat tweedehands een goede optie voor je is."

Mijn missie is dat dit normaal wordt. Dat het niet meer de uitzondering is als je met je eigen broodzak brood gaat halen.

Elisah Pals, Zero Waste Nederland

Elisah Pals is iemand die daar bewust mee bezig is. Sinds 2015 leeft zij nagenoeg afvalvrij, vertelt ze. "Mijn meeste boodschappen doe ik op de markt en dan neem ik eigen tasjes mee. Verder ga ik naar een verpakkingsvrije winkel waar ik zelf kan tappen of bestel ik bij een soort rijdende supermarkt met boodschappen in statiegeldverpakkingen."

Ze vindt het niet moeilijk. "Als je verhuist, moet je je opnieuw oriënteren op je omgeving en een nieuwe routine vinden, dat is soms lastig. Maar ik denk gewoon: 'ik ga dit proberen, hoe en waar gaat het lukken?'"

Pals streeft ernaar dat meer mensen minder verpakkingen gaan kopen. "Mijn missie is dat dit normaal wordt. Dat het niet meer de uitzondering is als je met je eigen broodzak brood gaat halen. Al die verpakkingen zijn echt niet nodig."

En dat vinden meer mensen. Bij de organisatie Zero Waste Nederland die Pals in 2018 oprichtte, zijn naar haar zeggen inmiddels zo'n 70.000 mensen aangesloten. "Zij willen allemaal minder afval produceren. Maar daarvoor moet je je nek uitsteken, en dat kan spannend zijn."

Langere levensduur

Want in de meeste winkels is bijna alles verpakt, wat veel extra afval oplevert. "Het is natuurlijk heel makkelijk om producten met heel veel verpakking te kopen, dat is wat je ziet in de schappen", zegt Ellen van der Werff, universitair hoofddocent omgevingspsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen.

"Je kan wel naar de markt gaan, maar dan moet je er wel aan denken dat je bakjes van huis meeneemt. De makkelijke optie is om veel afval te kopen."

Volgens de onderzoeker hebben veel bedrijven de houding dat consumenten een duurzamer alternatief nog niet willen, en wachten ze daarom af. "Dat is een misperceptie. Bijvoorbeeld op het gebied van een langere levensduur van producten. Nu gaan spullen snel stuk en kunnen we weer iets nieuws kopen, terwijl mensen willen dat het langer meegaat."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl