Machtige Revolutionaire Garde mogelijk op terreurlijst: 'Verdere isolatie van Iran'
De Iraanse Revolutionaire Garde moet op de terreurlijst komen, vinden bijna alle Europarlementariërs. Op die manier moet er meer druk komen op het regime, dat met het elitekorps hard optreedt tegen demonstranten in Iran en al meerdere betogers heeft geëxecuteerd. Het Europees Parlement stemt daar vanmiddag over in Straatsburg.
De Europese Unie zou met een instemming de lijn van de Verenigde Staten volgen, die in 2019 de Revolutionaire Garde als terroristische organisatie aanmerkten. Daarnaast hebben Saudi-Arabië en Bahrein het korps op de terreurlijst staan. Ook het Verenigd Koninkrijk wil de Garde op zijn terreurlijst plaatsen, na de executie van de Britse Iraniër Alireza Akbari afgelopen week.
Tegen de Garde zijn al jaren westerse sancties van kracht. Als het korps op de terreurlijst komt, zou hun bewegingsruimte verder worden ingeperkt. Leden van de Garde en hun familie kunnen dan niet meer naar Europa reizen of een buitenlandse bankrekening openen. Dit zou de relatie tussen Iran en westerse landen nog verder op scherp zetten.
Beschermer van de revolutie
De Revolutionaire Garde werd na de Iraanse Revolutie in 1979 opgericht door geestelijk leider Khomeini, met als doel om de net opgerichte islamitische republiek te beschermen. Het korps heeft een professioneel leger en een paramilitaire groep van vrijwilligers, de basij, die ook bij het neerslaan van demonstraties een belangrijke rol speelt.
In de afgelopen decennia heeft het elitekorps zich ontwikkeld van een militie tot een machtige organisatie met grote politieke en economische invloed, in tegenstelling tot het reguliere leger. Het heeft een eigen geheime dienst, leidt het Iraanse nucleaire programma en voert militaire operaties uit in het buitenland.
Zo kreeg de Revolutionaire Garde militair en economisch veel macht:
Na de Iran-Irak-oorlog, die eindigde in 1988, kreeg de Garde een belangrijk aandeel in de opbouw van het land. Het elitekorps beheert ondernemingen in onder meer de bouw, telecom en energiesector. Mede door de zware sancties tegen Iran wist de Garde de afgelopen jaren nog machtiger te worden. Het korps is actief op de zwarte markt in drugshandel en met de smokkel van goederen.
Ook in de politiek hebben leden van de Garde een flinke vinger in de pap. Zo leveren ze parlementsleden en ministers. "Ze danken hun succes aan opperste leider Khamenei, die op de Garde vertrouwde om zijn hervormingsgezinde tegenstanders en andere critici weg te werken", zegt Arash Azizi, een Iraanse onderzoeker aan de Universiteit van New York.
'Rug tegen de muur'
Als de Garde daadwerkelijk op de terreurlijst komt te staan, zou dat volgens Azizi een grote stap zijn. Het is uiteindelijk aan de Europese lidstaten om die stap te nemen. "Daarmee zal het regime internationaal nog meer legitimiteit verliezen", denkt de onderzoeker. "Het is een signaal aan de Garde dat ze verder geïsoleerd raken."
Dat het korps ook in eigen land aan legitimiteit zal inboeten is onwaarschijnlijk, denkt Maaike Warnaar, Iran-deskundige en historicus aan de Universiteit Leiden. "De macht van het regime en de Garde is nog steeds gelegitimeerd door de revolutionaire boodschap", zegt Warnaar. "We zien Iraniërs die verandering willen, maar er is ook een grote conservatieve groep die we niet zien."
Binnen de Garde hebben de afgelopen jaren de hardliners de overhand gekregen, net als binnen het regime. De Garde is in staat om nog meer macht naar zich toe te trekken. "Een gevolg van de terreurlijst kan zijn dat figuren binnen de Garde zich realiseren dat ze met Khamenei moeten breken, willen ze een toekomst hebben", denkt Azizi. "Het zet hen met de rug tegen de muur."
De banden tussen Europese landen en Iran waren sinds het begin van de protesten al bekoeld. Als het besluit valt om de Garde op de terreurlijst te zetten, zal dat de relatie "nog verder op scherp zetten", zegt Warnaar. "Aan beide kanten is een verharding te zien. De steunbetuigingen van Europese leiders aan de demonstranten vormen een bevestiging voor de Iraanse regering dat het Westen achter de protesten zit."
Lange tijd wierp de Europese Unie zich op als een bemiddelaar tussen de Verenigde Staten en Iran, die sinds het verbreken van de nucleaire deal door president Trump niet met elkaar spraken. "Maar ook de onderhandelingen tussen de EU en Iran liggen volledig op hun gat", zegt Warnaar. De afgelopen twee jaar probeerden diplomaten de deal nieuw leven in te blazen. "Daar is voorlopig geen sprake meer van."