De Jonge wil met minder procedures nieuwbouw versnellen
Het kabinet wil dat het bouwen van een woning in de toekomst veel minder tijd kost. Van plan tot realisatie duurt dat nu gemiddeld tien jaar en volgens minister De Jonge kan en moet dat korter. De minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening komt met diverse voorstellen om het proces te versnellen.
Een van zijn plannen is om nog maar één keer beroep toe te staan bij omgevingsvergunningen voor woningbouwprojecten. Als omwonenden bijvoorbeeld bezwaren hebben tegen nieuwbouw, zijn in de huidige praktijk nog beroep en hoger beroep mogelijk, maar De Jonge wil toe naar één beroepsinstantie. Daardoor kunnen afgegeven vergunningen sneller onherroepelijk worden.
'Te veel stap voor stap'
De minister ziet ook kansen om te versnellen in de fase van de planvorming. Volgens hem worden rekenen, tekenen, onderzoeken, het houden van gesprekken met omwonenden en het juridisch vastleggen van afspraken nu vaak stap voor stap uitgevoerd en komen daardoor geregeld nieuwe wensen op tafel. De Jonge wil dat die processen veel meer gelijktijdig en in samenhang worden uitgevoerd en volgens hem kan de ontwikkeltijd dan met jaren worden teruggedrongen.
De minister wil ook dat er innovatiever en meer industrieel wordt gebouwd en dat er meer wordt gestandaardiseerd. Hij vindt dat er nu te veel tijd verloren gaat doordat voor elk project andere eisen en verplichtingen gelden.
De Jonge stelt verder 90 miljoen euro beschikbaar voor extra personeel bij gemeenten. Die hebben nu vaak te weinig ambtenaren voor woningbouw en ook dat kan vertragend werken.
Het is de bedoeling van het kabinet dat er tot en met 2030 900.000 woningen worden gebouwd.