Institutioneel racisme bij Buitenlandse Zaken, top biedt excuses aan
Racisme en discriminatie zijn een "ernstig en zorgelijk" probleem bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Dat is de conclusie van een onderzoek onder medewerkers. Het onderzoek vond plaats in opdracht van de bestuursraad, gevormd door de hoogste ambtenaren van het departement.
De onderzoekers schrijven dat er sprake is van institutioneel racisme. Dat vindt plaats op het ministerie zelf, maar ook op ambassades en diplomatieke posten in het buitenland.
De ministers Hoekstra en Schreinemacher zeggen in een reactie dat racisme en discriminatie onacceptabel zijn. De secretaris-generaal heeft excuses aangeboden en spijt betuigd voor het feit dat het "kennelijk niet is gelukt om een werkomgeving aan te bieden waarin voor dit soort gebeurtenissen geen plaats is".
Racistische grappen
Uit het onderzoek blijkt dat medewerkers te maken krijgen met verbaal geweld, denigrerende bejegeningen, cultureel racisme, racistische grappen en beschuldigingen en verdachtmakingen.
Zo vertelden medewerkers dat mensen vanwege hun huidskleur meerdere keren zijn aangeduid als "apen", "bokito's", "negers" en "Zwarte Piet". Afrikaanse landen werden omschreven als "apenlanden". De scheldwoorden zijn ook gehoord op afdelingen die zich richten op ontwikkelingssamenwerking in Afrikaanse landen.
Het racisme komt ook voor bij leidinggevenden. Specifieke culturen werden in verband gebracht met "luilakken" en "criminelen". Bovendien geven respondenten aan dat leidinggevenden te weinig corrigerend optreden of überhaupt geen acties ondernemen als zij gevallen van racisme aanhoren.
Biculturele medewerkers en medewerkers van kleur voelen zich soms overgeslagen, genegeerd, en buitengesloten. Zij ervaren dat een deel van de witte collega's hen ziet als "de etnische en culturele ander" en niet als een volwaardige Nederlander of gelijkwaardige collega. Als voorbeeld staat in het rapport dat een medewerker te horen kreeg: "Je kunt goed sjoelen voor een neger."
Op een consulaat zou een medewerker (met de deur open zodat anderen het konden horen) hebben gezegd: "Je zou de Aziaten terug in hun hok moeten knuppelen. Hang ze op aan de hoogste boom, ze moeten hun plek kennen." Medewerkers in Den Haag gaven aan niet "het vliegtuig te willen delen met vrouwen met een hoofddoek".
Nog geen officiële klachten
Minister Hoekstra wil "tot op de bodem uitzoeken" wat er aan de hand is. Probleem daarbij is wel dat de meldingen in het rapport anoniem zijn verwerkt en hij dus niet weet wie de melders zijn en op wie de klachten betrekking hebben. Er zijn volgens de minister nog geen officiële klachten binnengekomen.
Hij roept medewerkers op alsnog een klacht in te dienen of aangifte te doen. Dan wordt het ook makkelijker om eventueel disciplinaire maatregelen te nemen tegen leidinggevenden die racistisch gedrag vertonen of niet ingrijpen als een ander dat doet.
Bekijk hier de reactie van minister Hoekstra:
"Hier mag op geen enkele manier plaats voor zijn", stelt Hoekstra, die later deze week, samen met minister Schreinemacher, in gesprek gaat met medewerkers van het ministerie met een biculturele achtergrond.
"Het vraagt een grote inspanning van de hele organisatie", zegt de minister. "Mensen moeten ook hun mond eerder opendoen en zeggen: zo gedraag je je niet!"
Black Lives Matter
Voor het ministerie van Buitenlandse Zaken werken 5000 medewerkers, van wie 2300 op het ministerie in Den Haag. Verder zijn er 700 uitgezonden diplomaten en 2000 lokaal geworven personeelsleden.
De bestuursraad van het ministerie van Buitenlandse Zaken besloot na de Black Lives Matter-protesten in 2020 te laten onderzoeken welke vormen van racisme binnen de organisatie voorkomen.
'Geloofwaardigheid op spel'
Het rapport spreekt van "pijnlijke patronen" die niet alleen schadelijk zijn voor de medewerkers maar ook voor het werk van het ministerie. "De resultaten laten een duidelijke discrepantie zien tussen de missie van het ministerie - meebouwen aan een rechtvaardige wereld met kansen, vrijheid en waardigheid voor iedereen - en de praktijk op de werkvloer. De geloofwaardigheid van het ministerie staat op het spel."
De hoogste ambtenaar bij Buitenlandse Zaken, Paul Huijts, belooft dat het departement "alles op alles" gaat zetten om de situatie te verbeteren. Het moet dan gaan om betere bewustwording en een structurele cultuurverandering. Dat moet onder meer bereikt worden door een laagdrempeliger meldingssysteem en het onder de loep nemen van allerlei processen, waaronder het werving- en selectieproces.