Isra met haar moeder Marisse.
In samenwerking met
RTV Oost
NOS Nieuws

Na 18 jaar is ontvoerde Isra in Libië teruggevonden, maar contact wil ze niet

Na ruim 18 jaar is de ontvoerde Isra uit het Overijsselse Goor teruggevonden, meldt RTV Oost die het opzienbarende verhaal optekende. Maar een hereniging met haar Nederlandse familie lijkt er voorlopig niet in te zitten.

Jarenlang zocht de gepensioneerde recherchechef Hans Kamperman op persoonlijke titel samen met zijn collega Elly Sjouw naar het vermiste meisje. De inmiddels 21-jarige vrouw blijkt in de Libische hoofdstad Tripoli te wonen bij haar biologische vader Hasèn Aksema.

Aksema vermoordde in 2004 op gruwelijke wijze de moeder van de op dat moment 2-jarige Isra, Marisse van der Burg. Diezelfde dag vloog Aksema met de peuter naar zijn vaderland Libië. De man staat nog altijd op de internationale opsporingslijst, maar is tot nu toe altijd de dans ontsprongen.

In 2006 werd Aksema bij verstek tot levenslang veroordeeld, maar omdat Nederland geen uitleveringsverdrag heeft met Libië is het land nooit gevraagd de man te berechten.

Isra op een foto na haar ontvoering naar Libië.

Kamperman en Sjouw gaven de hoop op het vinden van Isra nooit op. "Het grote verschil tussen ons en justitie is dat justitie Aksema zoekt om hem zijn straf uit te laten zitten. Wij streefden naar een eerste contact tussen Isra en haar opa en oma, de ouders van Isra's moeder Marisse."

Eind augustus kreeg de zaak een nieuwe wending toen een man in Libië zich via sociale media bij het duo meldde. Het lukte de man om Isra op te sporen en in contact met haar te komen en zelfs te ontmoeten.

De man ontmoette de inmiddels streng gelovige moslima, die in een nikab gekleed was. Na die ontmoeting werd echter elke vorm van contact weer geblokkeerd.

'We zijn er kapot van'

Voorlopig lijkt een hereniging er dan niet in te zitten, Isra wil op geen enkele manier contact met haar Nederlandse familie. Haar opa Ger en oma Clary waren in eerste instantie blij om te horen dat Isra nog leeft. "Het is goed voor ons om te horen dat ze gelukkig is en dat ze een fijn leven leidt", zegt Clary tegen RTV Oost.

Ze hadden ergens wel een vermoeden dat Isra hen niet wilde zien. "Het viel toch wel erg rauw op ons dak. Onze eerste reactie was: nou, dat was het dan", vertelt Clary.

"We gingen er weliswaar van uit dat Hasèn ervoor heeft gezorgd dat Isra zo is geworden zoals ze nu is. En dat ze van hem absoluut niet aan ons mag denken. Daarentegen hebben wij op onze beurt al die jaren altijd heel liefdevol aan haar gedacht. Dan hoop je uiteraard dat dat wederzijds ook het geval is. Als dan blijkt dat dat niet zo is, dan ben je haar dus gewoon kwijt. We zijn er kapot van."

Hoop niet opgegeven

Toch geven ze de hoop niet op, ook al achten ze de kans dat Isra hen ooit weer wil zien klein. "De enige kans dat dat ooit nog gebeurt, is wanneer Hasèn niet meer leeft", aldus Clary.

Onlangs hebben zij een videoboodschap naar hun kleindochter verstuurd waarin ze zeggen dat de deur altijd openstaat voor haar. "Wie weet, straks rond Isra's dertigste jaar. Als ik naar mezelf kijk, is dat een leeftijd waarop je om je heen gaat kijken. Wie ben ik, wat doe ik? Een leeftijd ook waarop je wat minder naar anderen luistert en wat meer je eigen gang gaat."

"Zolang er leven is, is er hoop. En hoop doet leven."

Advertentie via Ster.nl