Liberiaanse oorlogsmisdadiger woonde twaalf jaar onopgemerkt in Nederland
Een oorlogsmisdadiger uit Liberia heeft twaalf jaar lang onopgemerkt in Nederland gewoond. In eigen land maakte hij zich schuldig aan moord en marteling. In Nederland, waar hij tussen 2001 en 2013 verbleef, kreeg hij een verblijfsvergunning en een Nederlands paspoort. Dat blijkt uit onderzoek van de NOS.
Het gaat om de 47-jarige Kunti Kamara. Hij werd in 2018 opgepakt in Frankrijk en is vanavond in Parijs veroordeeld tot levenslang. Volgens de rechter heeft Kamara zich schuldig gemaakt aan misdaden tegen de menselijkheid en marteling.
Massale, systematische martelingen
Kamara was commandant bij het zogeheten ULIMO-Bevrijdingsfront. In 1993 en 1994 deed hij mee aan 'massale en systematische martelingen' van de burgerbevolking, blijkt uit onderzoek dat de Franse justitie de afgelopen jaren deed. Hij was destijds 18 à 19 jaar oud en betrokken bij kannibalisme, executies en verkrachting. Hij liet mensen dwangarbeid uitvoeren en zette vrouwen in als seksslaaf.
Bij de verschillende burgeroorlogen in Liberia werden tussen 1989 en 2003 volgens schattingen tussen de 150.000 en 250.000 mensen gedood. Kunti Kamara ontvluchtte het land, omdat hij asiel in Europa wilde aanvragen. In 2001 kwam hij aan in Nederland. Hij zou een valse identiteit hebben aangenomen en kreeg in 2005 een verblijfsvergunning.
"Hij nam taalles, deed een opleiding en kreeg werk in een hotel", vertelde profiler Stéphanie Thiebaut tijdens het proces in Parijs. Zij deed in opdracht van Justitie onderzoek naar Kamara. "Dankzij zijn inkomsten kon hij geld sturen naar familieleden. Hij kocht ook een auto voor zijn familie in Liberia."
De Nederlandse autoriteiten hadden geen argwaan en wisten kennelijk niet dat hij een oorlogsmisdadiger was. Uiteindelijk kreeg Kamara in 2012 de Nederlandse nationaliteit en het bijbehorende Nederlands paspoort. Sindsdien heeft hij een dubbele nationaliteit: Liberiaans en Nederlands.
In 2013 vertrok hij naar België. Vervolgens vestigde hij zich in 2016 in Frankrijk. Daar werd hij opgespoord door de Liberiaanse onderzoeksgroep GJRP en Civitas Maxima. Die laatste organisatie is gevestigd in Genève en doet onderzoek naar oorlogsmisdadigers.
Civitas Maxima diende in Frankrijk een aanklacht in en twee maanden laten werd Kamara opgepakt door de Franse autoriteiten. "Er bestond vluchtgevaar, dus we moesten snel te werk gaan", zegt een hoge opsporingsambtenaar tegen de NOS. "De aanhouding verliep rustig, er kwam geen geweld aan te pas."
Nederland twee keer gewezen op Kamara
Volgens betrokkenen is Nederland twee keer gewezen op de dubieuze achtergrond van Kunti Kamara. In 2015 startte in Zwitserland een proces tegen een andere Liberiaan. De Zwitserse autoriteiten hebben Nederland toen gevraagd of Kamara kon getuigen in die zaak.
In september 2016 meldde een Liberiaans slachtoffer zich in Nederland. Hij legde een belastende verklaring af tegen Kamara met ernstige beschuldigingen aan diens adres.
Het is onbekend óf en hoe de Nederlandse autoriteiten destijds iets hebben ondernomen. Kunti Kamara bleef al die jaren in ieder geval op vrije voeten.
"Kamara werd in september 2018 in Frankrijk opgepakt. En al in september 2016 meldde zich een vermeend slachtoffer van hem bij de Nederlandse autoriteiten", zegt directeur Alain Werner van Civitas Maxima. "Waarom heeft Nederland in die twee tussenliggende jaren niet in de hoogste versnelling onderzoek gedaan naar deze man die een Nederlands paspoort heeft?"
De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) geeft geen commentaar op de zaak. "Wij reageren niet op individuele dossiers", laat een woordvoerder weten. Het Ministerie van Justitie zegt ook niet in te gaan op individuele gevallen.
Onschuldig
Kunti Kamara heeft tijdens zijn proces in Parijs altijd gezegd onschuldig te zijn. De getuigen die vertelden over zijn gruweldaden, kende hij naar eigen zeggen niet. "Het zijn leugenaars."
Hij zei "verrast" en "gechoqueerd" te zijn door de beschuldigingen. Ook sprak hij tegen dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan kannibalisme, zoals een getuige in het proces verklaarde. "Menselijk vlees eten? Ik moet al overgeven bij de gedachte. Ik heb nooit mensenvlees gegeten."
In Liberia zelf is tot op heden nog nooit iemand veroordeeld wegens de gruwelijkheden tijdens de burgeroorlogen in het land.