Vijlbrief 'razend' omdat NAM minder huizen wil versterken
Staatssecretaris Hans Vijlbrief van Mijnbouw is erg boos dat de NAM het heeft laten aankomen op een arbitragezaak tegen de staat. Dat zei hij vanmiddag tijdens zijn verhoor voor de parlementaire enquête aardgaswinning Groningen. "Ik was razend en dat ben ik eigenlijk nog steeds", zei Vijlbrief.
De arbitrage gaat over de kosten van de schade door aardbevingen en de versterkingsoperatie in Groningen.
De NAM heeft voor de aankondiging van de arbitrage ook geen gesprek gehad met Vijlbrief, vertelde hij. Deze gang van zaken was volgens hem tien jaar geleden ondenkbaar. In die periode was Vijlbrief nog topambtenaar. Hij zat toen in het zogenoemde Gasgebouw, de publiek-private samenwerking voor de gaswinning in Groningen. "Maar het past bij wat ik de afgelopen driekwart jaar ervaar", zei hij, "namelijk een nogal stevige juridische benadering, waar ik grote moeite mee heb".
Wat Vijlbrief betreft is het simpel: zowel de Staat als de multinationals Shell en het Amerikaanse ExxonMobil hebben veel profijt gehad van de aardgaswinning. En nu die ertoe leidt dat er kosten worden gemaakt voor schade en versterkingen, staan beide partijen daarvoor "aan de lat om die kosten te dragen".
Onduidelijke facturen
Eerder op de dag werd de baas van de NAM verhoord, Johan Atema. Hij legde omstandig uit waarom gekozen is voor arbitrage. Hij erkent dat de NAM moet betalen voor aardbevingsschade, en het versterken van huizen, maar vindt de situatie op dit moment niet helder. Hij beklaagde zich over de onduidelijke facturen die het gaswinningsbedrijf krijgt doorgestuurd door de uitvoeringsorganisaties voor de schade en de versterking.
Atema zei dat hij al twee jaar moeite moet doen om de accountant de jaarrekening van zijn bedrijf te laten goedkeuren. De NAM wil volgens hem wel meebetalen aan het ruimhartig vergoeden van schade, maar geeft geen blanco cheque af. Atema: "U kunt mij een rekening sturen voor de veiligheid, maar u kunt mij geen rekening sturen voor stadsvernieuwing."
Verouderde normen
Volgens Atema werkt de overheid met verouderde normen die aangeven wanneer een huis veilig of onveilig is. Die normen dateren uit 2015, toen er nog veel aardgas gewonnen werd. Daardoor wonen nu veel Groningers in een huis waarvan ze bang zijn dat het onveilig is, terwijl dat in de praktijk niet zo is, zei Atema.
Maar Vijlbrief wijst dit van de hand. Ja, het is waar dat normen "continu worden aangepast", en daardoor kan de gekke situatie ontstaan dat in dezelfde straat het ene huis wel en het andere niet wordt versterkt, zei hij.
Stuwmeer
Deze situatie is volgens Vijlbrief gewoon niet goed uit te leggen. Atema zegt dat tweederde van de huizen die nu in de versterkingsoperatie zitten, eigenlijk niet onveilig is, maar aan de lijst is toegevoegd vanwege bijvoorbeeld stadsvernieuwing. Daardoor is een "ongelofelijk stuwmeer" aan huizen ontstaan die versterkt moeten worden en komen de echt onveilige huizen volgens Atema te laat aan de beurt.
Op dit moment is nog niet te zeggen welke huizen echt veilig zijn, zei Atema. "De veiligheid is toch ondergesneeuwd". Hij vindt ook dat veel mensen onterecht zijn belast met een brief over hun huis, en zegt dat je dat mensen eigenlijk niet aan kunt doen. "U moet zelf maar beslissen of u daar blijft slapen."
Geen extra gas winnen
Ook zinspeelde Atema op de mogelijkheid dat de NAM wordt gevraagd toch weer meer gas te gaan winnen. Maar Vijlbrief herhaalde dat dit voorlopig niet aan de orde is. Alleen in de situatie dat ziekenhuizen of mensen hun huis niet meer kunnen verwarmen, zou dit opnieuw bespreekbaar worden. En hoewel hij druk ervaart van opiniemakers, zijn er in de Tweede Kamer 120 zetels tegen het verder opendraaien van de gaskraan.
De enquêtecommissie vroeg Vijlbrief nog of hij een eerder gedane uitspraak kon toelichten: de uitspraak dat hij "inmiddels" aan de kant van de Groningers staat. Vijlbrief erkende dat dat inderdaad niet altijd zo is geweest. Maar die uitspraak is het gevolg van zijn veelvuldige huidige contacten met Groningers.