Waterpolosters lopen WK-finale mis, maar zien potentie: 'Dit is pas het begin'
De Nederlandse waterpolosters zijn er niet in geslaagd de finale van de WK te bereiken. Oranje ging in Boedapest in de halve finales met 12-13 onderuit tegen gastland Hongarije.
Hongarije neemt het zaterdagavond in de eindstrijd op tegen de Verenigde Staten, de regerend wereld- en olympisch kampioen, en Nederland staat in de strijd om brons tegenover Italië.
Wisselvalligheid kenmerkt de prestaties van de waterpolovrouwen op de grote toernooien de laatste jaren. Op WK-zilver in 2015 en de Europese titel in 2018 volgden bij de laatste twee WK's een teleurstellende zevende en negende plek.
Afgelopen zomer op de Olympische Spelen waren de kwartfinales het eindstation door toedoen van Hongarije, dat Tokio verliet met de bronzen medaille.
Sterk begin van Oranje
In Boedapest begon Oranje sterk aan de wedstrijd. Met treffers van Iris Wolves en Vivian Sevenich profiteerde de jonge ploeg van de Griekse bondscoach Evangelos Doudesis optimaal van overtalsituaties.
In het tweede en derde kwart nam Hongarije het initiatief meer en meer in handen, wat leidde tot een voorsprong van twee punten die lang op het bord bleef staan. De Hongaarsen slaagden er niet in echt door te drukken, tegelijkertijd lukte het Nederland niet het gat te dichten.
Met een subtiel boogballetje maakte Simone van de Kraats wel een belangrijk doelpunt vlak voor het einde van het derde kwart, wat Oranje terugbracht tot 10-11.
Van de Kraats maakt het verschil bij Oranje
In het laatste kwart voerde Nederland de druk op en schoot een ontketende Van de Kraats Oranje langszij. Voor de bevestiging van de gelijkmaker was wel tussenkomst van de VAR nodig, die constateerde dat de bal in zijn geheel - al dan niet deels onder water - over de doellijn was gegaan. Hongarije pakte de voorsprong echter snel terug.
In de slotminuten ontworstelde Lola Moolhuijzen zich knap aan haar verdediger. Ze creëerde een grote kans voor zichzelf, maar mikte de bal net over. Ook Vivian Sevenich kon Oranje niet langszij schieten, waardoor de strijd om het brons rest voor Oranje.
Bekijk in de carrousel hieronder de interviews met Sabrina van der Sloot, bondscoach Doudesis, keeper Laura Aarts en Nina ten Broek.
"Natuurlijk is het pijnlijk", reageert Sabrina van der Sloot, "als je speelt wil je 'm winnen. Maar zij hebben hetzelfde team als op de Spelen, wij hebben een nieuw team en een nieuwe bondscoach. Dus het is geen schande."
"Het verschil tussen ons en Hongarije is de ervaring in het spelen van dit soort wedstrijden en de scherpte en de overtuiging die daarvoor nodig zijn", aldus de aanvoerder van Oranje.
Keeper Laura Aarts, die haar topsportcarrière had beëindigd maar terugkeerde bij Oranje, reageerde eveneens met opgeheven hoofd. "Dit is pas het begin."
'Hongarije bewegelijk, communicatie kan beter'
Ook bondscoach Evangelos Doudesis ziet geen reden om te treuren. "Waarom moet ik teleurgesteld zijn? Op dit niveau is het verschil tussen de topteams superklein. We hebben alles gegeven."
"Hongarije was heel bewegelijk na een doelpunt van ons. En wij waren op die momenten niet heel geconcentreerd in de communicatie wie waar moest liggen. We hebben een paar fouten gemaakt die we in de volgende wedstrijd tegen Hongarije niet meer zullen maken."
