Rel zorgt voor 'historische beslissing': minimumleeftijd kunstschaatsen naar 17 jaar
De minimumleeftijd om deel te mogen nemen aan seniorentoernooien gaat bij het kunstschaatsen omhoog van 15 naar 17 jaar. Tijdens de Olympische Spelen van 2026 is deze regel al van kracht.
"Dit is een heel belangrijke beslissing, een historische beslissing zelfs", aldus Jan Dijkema, de vertrekkende voorzitter van de ISU. Het voorstel werd in Phuket met 100 stemmen voor en 16 tegen aangenomen. De Nederlandse schaatsbond KNSB stemde ook voor.
Eerder uitte oud-kunstrijdster Joan Haanappel juist kritiek op de verhoging van de leeftijd. "Ik zou het idioot vinden als je talenten stopt in hun groei. Je moet nu eenmaal vroeg beginnen met kunstrijden."
De internationale schaatsunie ISU kwam in actie, nadat de pas 15-jarige Kamila Valijeva dit jaar als een van de favorieten voor olympisch goud onder enorme druk stond bij de Spelen in Peking.
Wind van voren
Ze werd 'slechts' vierde, nadat een dopingzaak haar deelname tot vlak voor de wedstrijd op losse schroeven had gezet. Toen ze overstuur van het ijs kwam, werd ze niet getroost, maar kreeg ze van haar coach ook nog eens de wind van voren. Ook dat zorgde weer voor ophef.
De ISU brengt de minimum leeftijd in 2023 naar 16 jaar en één jaar later naar 17 jaar.