Belastingdienst gebruikte omstreden software om fraude op te sporen vaker
De Belastingdienst heeft omstreden software om fraude met toeslagen op te sporen vaker gebruikt dan eerder is gemeld. Staatssecretaris De Vries schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat ze daarvan melding heeft gemaakt bij de Autoriteit Persoonsgegevens.
De fiscus gebruikte sinds april 2013 een zogenoemd risicoclassificatiemodel. Op basis van allerlei indicatoren werd bepaald wie handmatig gecontroleerd zou worden bij de aanvraag van toeslagen en daarvoor werd een zelflerend algoritme gebruikt. Het bestaan van dit model kwam naar buiten in de kinderopvangtoeslagaffaire en het bleek ook te worden gebruikt voor de aanvraag van huurtoeslag.
Discriminatie
De indicatoren waren bijvoorbeeld iemands nationaliteit, de samenstelling van het gezin en wat mensen verdienen. Aanvragers met een niet-Nederlandse nationaliteit hadden een grotere kans op handmatige beoordeling van hun dossier. De Autoriteit Persoonsgegevens oordeelde eerder al dat daarmee sprake was van discriminatie. Het model wordt sinds juli 2020 niet meer gebruikt.
Nu blijkt dat de risicoscores die het computerprogramma opleverde ook zijn gebruikt door het team binnen de afdeling Toeslagen dat signalen van misbruik beoordeelde en bepaalde of daar nader onderzoek naar moest worden gedaan door fraudeteams. In december werd nog aan de Kamer gemeld dat het model daar juist niet voor was gebruikt, erkent de staatssecretaris.
"Dat de risicoscore van het model breder is gebruikt is zorgelijk en daarom is de Autoriteit Persoonsgegevens ook hierover geïnformeerd", schrijft De Vries.
Ze laat onderzoeken hoe breed de risicoscores precies zijn gebruikt, met wie ze allemaal zijn gedeeld en welke gevolgen dit voor burgers heeft gehad. De staatssecretaris kan niet uitsluiten dat mensen "een verhoogde kans op onevenredig nadeel hebben ondervonden".