Als de gemeente alle schulden overneemt: 'Je creëert schuldenrust'
Een nationaal fonds voor mensen met problematische schulden, zodat ze daar sneller van af zijn en opnieuw kunnen beginnen. Dat bepleit de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving in een nieuw rapport. Schuldhulpverleners reageren enthousiast op de voorstellen, maar wijzen er ook op dat veel van de plannen al in gang zijn gezet.
"Het is een goede analyse van wat er aangeboden wordt en wat er beter kan, we zien het daarom als een steun in de rug", zegt Auke Schouwstra van de branchevereniging voor financiële hulpverlening NVVK.
Een van de belangrijke voorstellen uit het rapport is dat de overheid de gesaneerde schulden van iemand kan overnemen. De gemeente koopt in dat geval alle gesaneerde schulden (waar met alle schuldeisers een regeling voor is getroffen) op en wordt de enige schuldeiser, zodat een hulpvrager nog maar één schuldeiser krijgt. Dit moet 'schuldrust' creëren. "Wat dat betreft kan de Raad blij zijn, want we zijn op 1 april gestart met het Landelijk Waarborgfonds, dat precies dit als doel heeft", zegt Frank Dijkstra, directeur van het fonds.
Veertien schuldeisers
Schuldhulp voorkomt over het algemeen grotere problemen en hogere kosten, bijvoorbeeld dat mensen dakloos raken of dat ze gezondheidsproblemen krijgen door de schulden.
Er zijn twee manieren van gemeentelijke schuldhulp: via schuldbemiddeling of het saneringskrediet. Bij bemiddeling spaart een schuldenaar drie jaar lang een maximaal bedrag dat hij of zij kan opbrengen. Dat bedrag wordt elk jaar over de schuldeisers verdeeld. De rest van de schuld wordt na drie jaar kwijtgescholden.
Bij sanering neemt één partij, een kredietbank, alle schulden over waardoor er nog maar één schuldeiser is. De schuldenaar krijgt een lening bij de kredietbank die hij in drie jaar terug moet betalen. Daarna is de schuldenaar schuldenvrij.
Dat laatste heeft volgens de Raad en ook de NVVK de voorkeur. Naast de schuldrust, scheelt één schuldeiser veel administratief gedoe. Volgens de NVVK heeft een schuldenaar gemiddeld veertien verschillende schuldeisers. Uit onderzoek blijkt dat bij sanering 93 procent van de mensen na die drie jaar schuldenvrij is, bij schuldbemiddeling is dat 75 procent.
Elke maand één bank
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid besloot daarom tot het Landelijk Waarborgfonds, waar de overheid 30 miljoen euro in heeft gestort. Kan een schuldenaar zijn lening bij de kredietbank niet aflossen, dan kan de kredietbank een beroep doen op dat fonds.
Frank Dijkstra: "De overheid draagt door dit fonds het risico, als ondersteuning voor gemeenten. Deze subsidie is verstrekt voor een periode van vijf jaar, in die tijd hopen we alle kredietbanken bij ons aan te laten sluiten." De eerste bank die is aangesloten is de kredietbank Zwolle. Het doel is om elke maand één van de 23 kredietbanken aan te sluiten.
Sommige gemeenten streven al langer naar saneringstrajecten naast het gebruikelijke bemiddelingstraject. Een daarvan is de gemeente Amsterdam. Bij sanering wordt dan 90 procent van iemands schuld door de schuldeisers kwijtgescholden, 10 procent wordt overgenomen door de Amsterdamse kredietbank.
Wethouder armoede Marjolein Moorman (PvdA): "We laten in Amsterdam zien dat het werkt om schuldenrust te creëren. Door het overnemen van schulden ontstaat er een helder perspectief, met één schuldeiser en verlossen we mensen van aanmaning op aanmaning."
Buiten de boot
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving erkent dat veel van de voorstellen al praktijk zijn. En dat is maar gelukkig, omdat door de stijgende energieprijzen, inflatie en flexibilisering van de arbeidsmarkt waarschijnlijk meer mensen binnenkort hulp nodig hebben. "Dan moet de drempel zo laag mogelijk liggen."
Ook Auke Schouwstra van de NVVK vindt de schulphulp nog veel toegankelijker moet. Er zijn volgens hem nog steeds mensen die om wettelijke redenen buiten te boot vallen. "Als je een niet-saneerbare schuld hebt bijvoorbeeld omdat je boetes hebt, daardoor blijven sommige mensen met schulden zitten. Dat moet anders."
Ook vindt hij dat er eerder begonnen moet worden met een schuldregeling. "Mensen wachten in het algemeen te lang met hulp vragen, waardoor de problemen zich opstapelen. We zijn veel aan het experimenteren met regelingen om eerder te kunnen ingrijpen, bijvoorbeeld door al een schuldregeling te starten als nog niet alle schuldeisers bekend zijn. De Raad stelt voor om van die experimenten beleid te maken, dat juichen wij toe."