Docenten willen meer aandacht voor seksuele vorming in onderwijs
Docenten vinden dat er in het voorgezet onderwijs te weinig aandacht is voor relationele en seksuele vorming, met name in de bovenbouw. Ook zijn ze ontevreden over de onderwerpen die aan bod komen, zeggen het expertisecentrum voor seksualiteit Rutgers en Soa Aids Nederland.
Deze organisaties lieten eind vorig jaar twee peilingen doen, nog voor de uitzending van BOOS vorige maand over seksueel grensoverschrijdend gedrag bij The Voice of Holland. Sinds die onthullingen staat het thema in verschillende sectoren weer prominent op de agenda.
In de eerste peiling werden 400 docenten uit het voortgezet onderwijs ondervraagd. 55 procent vond dat er voor seksuele vorming meer tijd moet worden uitgetrokken. 72 procent vond dat seksuele vorming niet alleen in de onderbouw maar ook in de bovenbouw verplicht moet zijn.
Dat is nu niet het geval. Voor de onderbouw in het voortgezet onderwijs heeft de overheid vastgesteld dat leerlingen moeten leren hoe ze respectvol met seksualiteit en diversiteit binnen de samenleving omgaan, waaronder ook seksuele diversiteit.
Vakdocenten
In een tweede peiling, onder 213 schoolleiders en 550 vakdocenten (vooral maatschappij en biologie), antwoordde 22 procent dat scholen te weinig aandacht besteden aan seksueel plezier en 36 procent dat er te weinig aandacht is voor wederzijdse instemming bij het hebben van seks. 46 procent wil meer aandacht voor seksueel grensoverschrijdend gedrag en 57 procent meer aandacht voor veiligheid in relatie tot seks en het internet.
Hoe hiermee nu wordt omgegaan, verschilt volgens Luc Lauwers van Rutgers per school. "Er zijn ook scholen die heel veel aandacht besteden aan seksuele vorming, maar vaak is het nu zo dat dit thema wordt behandeld bij biologie. Dan ligt de focus, op zich ook wel logisch, op de lichamelijke aspecten van seks en seksualiteit."
Lauwers benadrukt in het NOS Radio 1 Journaal dat dit belangrijke thema's zijn. "Maar hoe we als samenleving in elkaar zitten en hoe we met elkaar willen omgaan, zijn minstens net zo belangrijk - en dat vinden docenten dus ook."
Aandacht in de bovenbouw
Rutgers en Soa Aids Nederland roepen het kabinet op om seksuele vorming in het voortgezet onderwijs een structurele plek te geven. Nu is dat al verplicht in de onderbouw. In de bovenbouw hoeft dit geen onderdeel te zijn van het lespakket. "Dat is juist de periode waarin de meeste jongeren seksueel actief worden", zegt Lauwers. "Als je structureel lesgeeft op die thema's, dan leer je ook over die thema's te praten. Dan leer je dat bepaalde dingen helemaal niet gek zijn; dat iedereen daarmee worstelt. Dan kun je daarmee oefenen hoe je grenzen aangeeft en ontdekken wat je wel en niet fijn vindt."
Het is hoog tijd dat seksuele vorming met concrete verplichte kerndoelen wordt uitgewerkt in het nieuwe curriculum, concluderen Rutgers en Soa Aids Nederland. Volgens beide organisaties kan alleen dan een nieuwe generatie opgroeien "met begrip van diversiteit en respect voor elkaars grenzen én wensen".
Een commissie van leraren en experts buigt zich vanaf april over de vernieuwing van onder meer maatschappijleer en biologie in de bovenbouw. Het ministerie van onderwijs laat weten dat het aan die commissie is of en hoe seksuele vorming daarin wordt meegenomen.
De beide organisaties hebben deze week, met vandaag Valentijnsdag, uitgeroepen tot De Week van de Liefde. Ze helpen scholen bij het organiseren van lessen over liefde en seksualiteit. Dit jaar is het thema liefde voor jezelf.