Gemeenten heroverwegen gebruik van omstreden Chinese camera's
Een aantal gemeenten, waaronder Den Haag, gaat het gebruik van camera's van de Chinese merken Hikvision en Dahua heroverwegen. Dat zeggen de gemeenten tegen de NOS. De camera's zijn populair, maar er zijn zorgen over spionage en mensenrechtenschendingen door de fabrikanten.
Hun technologie wordt gebruikt in de Chinese regio Xinjiang, waar de Oeigoerse bevolking wordt onderdrukt. Daarnaast bestaat de vrees dat via de camera's van de twee merken kan worden meegekeken dankzij een mogelijk 'achterdeurtje' in de software. Overigens is zo'n bewust ingebouwd achterdeurtje nooit aangetroffen.
De gemeente Waalwijk zegt al een tijdje van plan te zijn om de merken in de ban te doen. Zutphen, Vaals, Hilvarenbeek, Helmond en Goeree-Overflakkee overwegen net als Den Haag om de Chinese merken niet langer te gebruiken. Andere gemeenten stoppen met de camera's van Hikvision en Dahua. Het gaat om Borsele, Druten en Scherpenzeel.
Den Haag: goed naar kijken
In Den Haag worden 131 Hikvision-camera's gebruikt om verkeerssituaties te monitoren, zegt de gemeente. Wethouder Saskia Bruines wil de camera's niet zomaar laten verwijderen, ook niet die vlakbij de ministeries van Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken en Financiën hangen. "Ik maak me nu geen zorgen over de veiligheid, omdat we de camera's heel beperkt gebruiken. Ik vind wel dat er alle aanleiding is om er heel goed naar te kijken. En als het nodig is om de camera's snel weg te halen, zullen we dat zeker doen", zegt Bruines.
Den Haag hoopt snel uitsluitsel te hebben of de camera's kunnen blijven of niet. De gemeente wil naar aanleiding van het nieuws ook camera's van andere merken en leveranciers onderzoeken.
De wethouder zegt al een plan te hebben om alle sensoren en camera's die in de publieke ruimte gebruikt worden in een register zetten. Ook wil de stad opnieuw kijken naar de voorwaarden voor de inkoop van camera's, samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). "Het is belangrijk om toezicht te houden in de openbare ruimte, maar wel op een verantwoorde manier", zegt Bruines.