Van Gogh-aquarel geveild voor ruim 31 miljoen euro
Een aquarel van Vincent van Gogh is op een veiling in New York afgehamerd op 35,85 miljoen dollar, omgerekend ruim 31 miljoen euro. Het gaat om het werk Meules de blé ('Korenschoven') uit 1888, dat in de Tweede Wereldoorlog door de nazi's in beslag is genomen. Het werd voor het laatst publiekelijk tentoongesteld in 1905.
Nooit eerder bracht een aquarel van de Nederlandse schilder zo veel geld op. Volgens veilinghuis Christie's, waar het werk onder de hamer ging, stond het vorige record voor een werk van Van Gogh in deze schildertechniek op bijna 15 miljoen dollar.
Van Gogh, die in 1890 overleed, schilderde Meules de blé in de Zuid-Franse stad Arles, waar hij in 1888 woonde. In 1913 kocht de Duitse kunstverzamelaar Max Meirowsky het werk. Meirowsky, die Joods was, gaf de aquarel in de jaren 30 in bewaring aan een Duitse kunsthandelaar in Parijs, omdat hij vanwege de Jodenvervolging naar Amsterdam vluchtte.
Na een tweede eigenaarswissel namen de nazi's het schilderij in beslag. Het was lange tijd spoorloos, tot het in 1978 weer opdook en werd gekocht door een oliemagnaat uit Texas. Veilinghuis Christie's kocht het werk via een schikking met de oliemagnaat en de erfgenamen van de oorspronkelijke eigenaren. Wie het nu heeft verworven is niet bekendgemaakt.