NOS Wielrennen

Martin wil nog een keer schitteren in Lombardije: 'Mollema is mijn aartsrivaal'

  • Arthur Huizinga

  • Arthur Huizinga

"Wat een flutkoers!" Commentator Maarten Ducrot doet geen moeite om zijn teleurstelling te verbergen. Niet dat hij het de winnaar niet gunt, maar de wrevel zit 'm in het koersverloop.

In de Ronde van Lombardije in 2014 kijken de favorieten vooral naar elkaar, bang om te verliezen. Uiteindelijk verliezen ze allemaal.

2014: Daniel Martin blijft Alejandro Valverde en Rui Costa voor in de Ronde van Lombardije

Voor de renner die hobbelend en stoempend richting de finish in Bergamo sprint, is het allesbehalve een flutkoers. Als Daniel Martin zijn armen in de lucht steekt, is dat van pure extase. Hij is de pechduivel voorgebleven. Eindelijk.

"Het was de makkelijkste Lombardije die ik ooit heb gereden", vertelt de 35-jarige Martin aan de vooravond van zijn dertiende Ronde van Lombardije. Het wordt de laatste koers van de meest succesvolle Ierse profrenner van zijn generatie. Een afscheid in Bergamo, de stad waar hij zeven jaar geleden zegevierde.

Daar houdt de vergelijking ook op, want de editie van 2021 lijkt juist gemaakt voor klimmers. "In 2014 hoefde er niet heel veel te worden geklommen, eigenlijk niets voor mij. Ik was van plan om aan te vallen op de laatste klim naar het centrum van Bergamo, maar het was zo smal met al het publiek dat er geen doorkomen aan was. Zo kwamen we met nog best een grote groep in de laatste kilometer. Om eerlijk te zijn, wist ik niet eens dat ik een gaatje had. Ik wilde gewoon de laatste bocht als eerste door."

Pechduivel

Een paar maanden eerder had Martin ook al alle troeven in handen om voor de tweede keer op rij Luik-Bastenaken-Luik te winnen. Maar toen ging hij in de laatste bocht onderuit.

Daarna ging de Ier met grote ambities van start in de Giro d'Italia. Heel Ierland keek uit naar zijn komst, want de Giro begon dat jaar in Belfast en vervolgde daarna zijn weg met twee ritten in Ierland. Martin zou Dublin niet eens halen.

De kopman van Garmin schoof onderuit in de ploegentijdrit, nam een paar van zijn ploeggenoten mee in zijn val en verliet de koers in een ambulance. "Veel mensen herinneren zich alleen die valpartijen", vertelt Martin vele jaren later. "Maar dan vergeten ze dat ik ook tweede werd in de Waalse Pijl, voor het eerst top-10 reed in de Vuelta én Lombardije won. En het was het jaar dat ik mijn vrouw (voormalig olympisch atlete Jessica Andrews) leerde kennen."

Pechduivel slaat toe bij Dan Martin: hoe 2014 begon met twee dramatische valpartijen

Met Martin verdwijnt een bijzonder wielergeslacht uit het profpeloton. Afgelopen zondag kondigde Nicolas Roche ook al zijn pensioen aan. "Zonder Nico was ik misschien niet eens prof geworden", vertelt Martin over zijn twee jaar oudere neef. "Hij woonde in Frankrijk en had net een stagecontract gekregen bij Cofidis. Toen heeft hij mij aanbevolen bij zijn oude ploeg Vélo Club La Pomme Marseille. In feite heb ik zijn plek gekregen."

Zo vader, zo zoon

Die woorden hebben een speciale betekenis als je kijkt naar de familiegeschiedenis van beiden. Een generatie eerder liep het namelijk iets anders. Neil Martin, de vader van Daniel, reed in 1980 en 1984 de olympische wegrit namens de Britse ploeg en probeerde zich via de Franse opleidingsploeg ACBB op te werken naar de profs.

Maar toen het wielerjaar ten einde liep, wist Martin senior nog altijd niet of hij het volgende seizoen nog bij de ploeg zou rijden. Een handvol brieven en telefoontjes later kwam de aap uit de mouw. De ploeg zag meer in een jonge, talentvolle Ier: Stephen Roche.

Op zich niet zoveel bijzonders. Ware het niet dat Martin toen al een relatie had met Maria Roche. Inderdaad, de zus van Stephen.

Roche senior won de Giro, de Tour en het wereldkampioenschap in één jaar. Martin senior zou het profpeloton nooit halen en dat kwam de familieband niet ten goede.

"Wij woonden in Frankrijk en zij in Engeland, dus dan is het logisch dat we elkaar niet zo heel vaak zagen", relativeert Nicolas Roche. "We zagen elkaar met kerst bij onze grootouders. En ik herinner me een zomer op het strand met het campertje van opa en oma."

Ook Nicholas kreeg niet veel cadeau, ondanks zijn beroemde achternaam. "Het was nooit mijn droom als kind om de Tour te winnen. Ik was drie toen mijn vader de Tour won en weet dat ik als jongetje van drie met een petje op mijn hoofd op de Champs-Élysées ben geweest. En bij de laatste tijdrit in de Tour van mijn vader in 1993 mocht ik mee in de ploegleidersauto. Ik heb toen de hele weg door de microfoon geschreeuwd: 'Allez papa!'

"Zelf droomde ik helemaal niet van het winnen van de Tour. Ik speelde voetbal en rugby en was daar ook best goed in. Pas toen ik geblesseerd raakte, ben ik gaan fietsen."

Dat fietsen ging Roche, zoon van een Ierse vader en een Franse moeder, zo goed af dat hij begon te denken aan een profloopbaan. Na zijn middelbare school wilde Roche een tussenjaar nemen om te trainen in de hoop een profcontract te verdienen.

"Dat was mijn eerste echte ruzie met mijn ouders, die wilden dat ik naar de universiteit zou gaan. Ik heb toen met mijn vader afgesproken dat ik een half jaar volle bak in het hotel van mijn ouders in Antibes zou werken. Daarna zou mijn vader zorgen dat ik volop zou kunnen trainen en af en toe nog in het hotel zou werken. En als het niet zou lukken, dan zou ik alsnog naar de universiteit gaan."

De mooiste zeges van Nicolas Roche: fraaie triomfen in de Vuelta 2013 en 2015

In 2005 tekende Roche zijn eerste profcontract, drie jaar later meldde Martin zich in het profpeloton. "In de koers wilden we toch zelf winnen, noem het een vriendschappelijke rivaliteit om wie de beste Ier zou zijn", vertelt Roche. "Maar het was altijd fijn om bij Dan in de buurt te zijn."

"Ik herinner me vooral de Ronde van Lombardije in 2011", zegt Martin. "De finish was in Lecco, met veel beklimmingen in de finale. Ik zat er op een gegeven moment doorheen op zo'n klim. Toen kwam Nico naast me rijden en zei iets als: 'Je ziet er geweldig uit, man. Supersterk.' Hij motiveerde me om door te gaan en uiteindelijk werd ik tweede."

'Vaker met Gesink de tweeling naar school brengen'

Deze zomer won Martin nog een bergrit in de Giro d'Italia en hij voegde zich zo bij het selecte gezelschap van ritwinnaars in alle drie de grote ronden. "Dat was misschien wel mijn mooiste dag op de fiets", vertelt Martin. "Alles klopte die dag en dan valt ook alles jouw kant op. Ik had ook kunnen bijtekenen, maar wil voorkomen dat ik met minder motivatie achterin het peloton kom te rijden."

Yates kraakt rozetruidrager Bernal, Martin wint na solo op steile slotklim

"Ik heb een prachtige periode in het wielrennen meegemaakt, met geweldige collega's", vervolgt hij. "Met Robert Gesink reed ik in 2003 al de Ronde van Ierland voor junioren. Ik fiets al bijna twintig jaar met hem en ook buiten het peloton zien we elkaar vaak. Mijn dochters (de tweeling Daisy en Ella, red.) zitten in Andorra op school bij de kinderen van Robert."

'Bauke is mijn aartsrivaal'

En dan is er nog die andere Nederlander, die het pad van Roche en vooral Martin eindeloos vaak kruiste: Bauke Mollema.

"Bauke is mijn aartsrivaal", zegt Martin lachend. "Ik rijd al zo lang tegen hem. We hebben ongeveer hetzelfde profiel, zijn goed in dezelfde koersen en hebben ongeveer dezelfde resultaten behaald. Weet je trouwens wie er tweede werd bij mijn eerste ritzege in de Vuelta op La Covatilla? Bauke!"

Martin won de Ronde van Lombardije in 2014, Mollema deed dat in 2019. Zaterdag staan ze beiden aan de start. Eerder deze week blikten we al met de Nederlander vooruit op de koers van de vallende bladeren.

Mollema kijkt uit naar Lombardije: 'Even de vraag of de topvorm er is'

Na zaterdag gaat Martin (35) nadenken over wat hij na zijn loopbaan gaat doen. "Ik heb wat projecten lopen, maar eerst richt ik me volledig op de Ronde van Lombardije. Ik wil afsluiten met een goed resultaat. Mijn focus ligt op de wedstrijd, niet op het afscheid. Dat komt later wel."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl