NOS Nieuws

Van Dissel: moeilijk vast te stellen bij wie coronavaccinatie niet goed werkt

Het aantal mensen in Nederland waarbij het afweersysteem niet goed werkt en dat niet of nauwelijks baat heeft bij de vaccinaties tegen SARS-CoV-2, omvat zo'n 700.000 mensen. Dat zei Jaap van Dissel, directeur van het Centrum Infectieziektebestrijding van het RIVM, in een technische briefing over het coronavirus in de Tweede Kamer.

"Voor deze groep kunnen we niet iets specifieks doen", zei hij na afloop van de briefing tegen de NOS. "Deze mensen bouwen ondanks vaccinatie onvoldoende afweer op om te zorgen dat je helemaal niet ziek wordt of naar het ziekenhuis moet als je besmet raakt met het virus".

Gisteren bleek al dat het om honderdduizenden mensen gaat, nu is het aantal dus specifieker. Het betekent voor een klein deel van deze groep dat ze - zelfs na vaccinatie - alsnog naar het ziekenhuis moeten als ze geïnfecteerd raken met het coronavirus. Ze worden aangeduid als zogenoemde "non-responders", ze reageren niet goed op de vaccinatie.

Volgens Van Dissel is vooraf niet vast te stellen wie er een non-responder is. "Uiteindelijk is het daarom van het allerhoogste belang dat de vaccinatiegraad zo hoog mogelijk is in Nederland. Dat geeft voor iedereen de meeste rust", zegt hij.

Mensen die mogelijk niet goed reageren op de vaccins zijn patiënten die afweeronderdrukkende medicijnen slikken, transplantatiepatiënten, (bloed)kankerpatiënten en mensen met aangeboren aandoeningen van het immuunsysteem. Ook mensen met hiv en mensen met het syndroom van Down lopen daar risico op.

'Iedereen raakt vroeg of laat besmet'

In de briefing zei Van Dissel verder dat iedereen in Nederland die zich niet laat vaccineren vroeg of laat besmet raakt. "We schatten in dat het coronavirus blijft circuleren. Als gevolg daarvan verwacht je dat iedereen die niet gevaccineerd is, vroeg of laat het virus zal krijgen en ziek kan worden".

Dat kan volgens RIVM-berekeningen leiden tot 16.000 tot 22.000 ziekenhuisopnames en 2200 tot 3400 IC-opnames in de komende tijd. Van Dissel kan niet zeggen over welke periode dit gaat. "Het kan binnen een maand of over een periode van twee jaar, de berekening daarover is nu nog te complex".

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl