Indië-Herdenking: 'De oorlog gaat nooit helemaal voorbij'
Bij het Indisch Monument in Den Haag is herdacht dat met de capitulatie van Japan officieel een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog, dit jaar 76 jaar geleden. Nadat toenmalig Nederlands-Indië zich had bevrijd van de Japanse bezetters eindigde de oorlog voor het gehele Koninkrijk der Nederlanden. Jaarlijks worden bij het monument de slachtoffers herdacht van de Japanse bezetting.
Bij de plechtigheid waren onder anderen demissionair minister-president Rutte en staatssecretaris Blokhuis aanwezig. Zij legden een krans. Onder de sprekers was dit jaar Thom de Graaf, vicepresident van de Raad van State en sinds dit jaar voorzitter van de Stichting Nationale Herdenking 15 augustus 1945.
"De oorlog gaat nooit helemaal voorbij, zelfs niet voor de derde generatie," zei De Graaf. "In Nederland delen bijna twee miljoen mensen herinneringen aan het Indisch oorlogsverleden. Een gedeeld verleden."
Net als vorig jaar kon wegens coronamaatregelen maar een beperkt aantal mensen de plechtigheid bijwonen. Er waren zo'n duizend genodigden aanwezig, onder wie de Indonesische ambassadeur. Voor iedereen die niet bij de herdenking aanwezig kon zijn werden zonnebloemen in het monument gestoken.
Molukse stichting niet aanwezig
Het bestuur van de Molukse stichting Maluku4Maluku was niet aanwezig bij de herdenking. Die organisatie zet zich in voor eerherstel en erkenning van Molukse oud-KNIL-soldaten en laat in een verklaring weten dat de herdenking "totaal geen recht meer doet aan de doelgroepen waarvoor die is bestemd." De stichting vindt dat de direct betrokkenen steeds meer zijn "verdreven door notabelen die in meerderheid niets persoonlijk hebben met het aangedane leed."
Ook de aanwezigheid van de Indonesische ambassadeur valt verkeerd bij de organisatie. "De Japanners hebben een mensonterend regime uitgevoerd in hun strafkampen, die op een groot aantal eilanden stonden in Nederlands-Indië," zegt voorzitter van de stichting Leo Reawaruw. "De Japanners werden bijgestaan door permuda's, oftewel Javaanse jeugdgroepen en meerdere Javanen." Reawaruw noemt "het dan ook vreemd dat de Indonesische (lees Javaanse) ambassadeur de laatste jaren aanwezig is."