Maarten Stekelenburg (Ajax) stopt penalty van Leroy Fer (Feyenoord)
NOS Voetbal

Thuisvoordeel verdwijnt en stortvloed aan penalty's: de eredivisie in cijfers

Het afgelopen voetbalseizoen was er een van ontbrekende fans, vijf wissels per ploeg, hechte defensies en een stortvloed aan strafschoppen. Dat blijkt uit bestudering van de eredivisiedatabase van het toonaangevende statistiekenbureau Opta.

Allereerst de fans. Er is veel, heel veel over geschreven en gemeld. Een van de vragen die voetballiefhebbers bezighield: is er nog wel sprake van thuisvoordeel als je in een normaal kolkende arena nu een speld kan horen vallen?

Het korte antwoord: veel minder dan voorheen. Thuisspelende teams wisten dit seizoen slechts 41,2 procent van hun wedstrijden te winnen. Alleen in het seizoen 1992/1993 lag dat percentage lager, met 40,5 procent.

Vanaf hun nieuwe, onwennige plekje thuis op de bank zagen fans van eredivisieclubs wel een opmerkelijk hoog aantal strafschoppen: 115 maar liefst. Het hoogste aantal sinds Opta deze data compleet heeft, vanaf het seizoen 1974/1975. Van die penalty's vlogen 95 stuks erin, het hoogste aantal sinds de start van de eredivisie.

AZ kreeg de meeste strafschoppen mee: dertien. FC Groningen was de enige eredivisieploeg die geen enkele penalty mocht nemen.

sc Heerenveen-verdediger Jan Paul van Hecke was de notoirste veroorzaker van strafschoppen, tegen hem werd vier keer gefloten. Feyenoorder Marcos Senesi en Willem II-verdediger Derrick Köhn staan gedeeld tweede, met drie veroorzaakte penalty's.

Met Danny Makkelie als scheidsrechter hadden ploegen de grootste kans op een strafschop: hij legde de bal vijftien keer op de stip.

Paradoxaal genoeg was het afgelopen seizoen het 'liefste' in elf jaar. Per wedstrijd werden gemiddeld 21,8 overtredingen begaan, een afname van 0,6 ten opzichte van het seizoen ervoor.

AZ maakte de minste overtredingen: 325, oftewel 9,6 per duel. Fortuna Sittard werd het vaakst bestraft en ging 412 keer in de fout, oftewel 12,1 keer per wedstrijd.

Het aantal overtredingen neemt overigens ieder jaar af, sinds Opta die cijfers volledig bijhoudt. In het seizoen 2010/2011 - toen werd gestart met het in kaart brengen van alle data - werd er nog 31 keer per wedstrijd gefloten.

Dat zal alles te maken hebben met corona en de extra wisselmogelijkheden die een team had, maar er kwamen nog nooit zoveel verschillende spelers in actie als in de afgelopen jaargang. Overuren voor de commentatoren dus.

In totaal maakten liefst 513 verschillende spelers speelminuten in dit eredivisieseizoen. ADO Den Haag spande wat dat betreft de kroon: bij die club kwamen 37 spelers in actie, een nieuw record in de eredivisie. Ook bij PSV moesten de commentatoren goed beslagen ten ijs komen; daar speelden 36 verschillende spelers mee.

Op een ander vlak hadden de commentatoren het juist rustiger dan ooit: het beschrijven van schoten op en richting het doel. Gemiddeld werden er dit eredivisieseizoen 25,3 schoten per wedstrijd gelost, het laagste aantal sinds de data compleet is vanaf het seizoen 2010/2011.

In wedstrijden van Ajax werden gemiddeld genomen de meeste schoten genoteerd: 28,1. In wedstrijden van Heracles Almelo werden de minste doelpogingen ondernomen: 21,9 per duel.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl