Bouterse zwijgt voor krijgsraad in Decembermoorden-proces
De Surinaamse oud-president Desi Bouterse beroept zich in het Decembermoorden-proces op zijn zwijgrecht. Dat hij op de eerste dag van de inhoudelijke behandeling van zijn verzetszaak geen antwoord gaf voor de krijgsraad, kwam voor de aanwezigen als een verrassing.
Het was juist de bedoeling dat Bouterse gehoord zou worden en zijn kant van de zaak zou vertellen, maar hij zei dat alles al is gezegd. Zijn advocaat, Irvin Kanhai, laat weten dat Bouterse aan het begin van deze eeuw voor een rechter-commissaris is verschenen. Aan zijn verklaringen uit die tijd is niets veranderd, zegt Kanhai tegen de Surinaamse nieuwssite Starnieuws.
De 75-jarige Bouterse staat terecht voor zijn rol bij de moorden op vijftien politieke tegenstanders in december 1982. Hij was destijds bevelhebber van het leger. In 2019 werd hij bij verstek tot twintig jaar cel veroordeeld. Nadat hij verzet had aangetekend, belandde de zaak opnieuw bij de krijgsraad.
Geen extra getuigen
"Het is vrij opmerkelijk dat hij niet op vragen wilde ingaan", zegt correspondent Nina Jurna. "Je zou verwachten dat hij na het aantekenen van verzet ook zou vertellen op welke gronden hij dat heeft gedaan. Hij had ook de ruimte om getuigen op te roepen, maar dat heeft hij niet gedaan."
Vanwege het zwijgen is de zaak volgens Jurna in een stroomversnelling gekomen. Op 31 mei begint de auditeur-militair, die het Openbaar Ministerie vertegenwoordigt, met het requisitoir. Daar mag de advocaat van Bouterse op reageren. Als de krijgsraad uitspraak heeft gedaan, kan Bouterse daartegen nog in beroep gaan.