Doekhi tegenover oom Bogarde, die hem bij Ajax fijne kneepjes van 't vak leerde
Winston Bogarde wordt vanavond met zijn eigen wapens bestreden. De assistent-trainer van Ajax treft in de bekerfinale het Vitesse van zijn neefje Danilho Doekhi, die hij ooit de fijne kneepjes van het vak bijbracht.
Want net als zijn oom is Doekhi een verdediger geworden. Een introverte versie van Bogarde, de bikkelharde linksback van weleer. Maar vergis je niet. "Ik ben niet te lief. Als het moet, dan ga ik gewoon goed de duels in."
Doekhi is samen met Jacob Rasmussen het slot op de deur bij Vitesse, dat na Ajax de minste treffers incasseerde in de eredivisie. Groot en sterk, maar uitblinkend in soberheid. Doekhi kreeg dit seizoen nog geen enkele kaart, een zeldzaamheid voor een speler in zijn rol.
Twee Amsterdamse jaren
Rotterdammer Doekhi zette zijn eerste stappen als voetballer op Sportpark Faas Wilkes, van het roemruchte Xerxes. Waar ook Feyenoord-iconen Coen Moulijn, Eddy Treijtel en Willem van Hanegem speelden. Doekhi belandde echter via Excelsior bij Ajax.
"Ik heb een goede tijd daar gehad, mezelf goed kunnen ontwikkelen", blikt Doekhi terug op twee Amsterdamse jaren. "Het was een bewuste stap. Ik zag het als een goede kans voor mij. Omdat de club goede faciliteiten heeft en goede trainers."
Een van hen was Bogarde, die zich in die tijd na een uitstapje in de muziekwereld profileerde als jeugdcoach bij zijn oude club.
Bekijk in onderstaande reportage hoe Vitesse toeleeft naar de bekerfinale.
"Ik heb best veel aan hem gehad", zegt Doekhi over Bogarde. Maar ondanks de goede samenwerking, zocht de verdediger zijn heil snel elders. "Op dat moment was de kans niet heel erg groot dat ik veel minuten zou maken in de eredivisie. Ik heb geen spijt van de keuze om te vertrekken."
Met Matthijs de Ligt en de net teruggekeerde Daley Blind als belangrijkste concurrenten was dat achteraf ook geen verkeerde inschatting. "Als je naar Ajax gaat, heb je wel het idee, de hoop en de wens om uiteindelijk het eerste te halen. Dat is niet gebeurd, maar dat is niet erg."
Doekhi werd een gewaardeerde kracht bij Vitesse. Een van die negen anderen, die met de blikvangers Oussama Tannane en Riechedly Bazoer een team vormen dat een serieuze aanval pleegt op de topclubs.
In competitieverband zijn de Arnhemmers verwikkeld in de strijd om plek twee met PSV, AZ en Feyenoord, om het lucratieve voorrondeticket voor de Champions League. Maar een echt tastbare prijs is zondag te verdienen, tegen aanstaand kampioen Ajax.
Voor de 22-jarige Doekhi de belangrijkste wedstijd in zijn prille carrière, in zijn geboortestad nog wel. En natuurlijk wil hij daar in De Kuip de hoofdrol opeisen. "Dan komt er een corner en dan kop ik hem binnen."
Goed doordacht plan
Want net als Bogarde heeft Doekhi eergevoel en de absolute drang alles uit zijn sportieve mogelijkheden te halen. Maar wel alles op zijn tijd, met een goed doordacht plan.
"Je gaat niet voor elke club zomaar Vitesse verlaten", is Doekhi blij met wat hij in zijn drie Arnhemse jaren heeft opgebouwd. "Maar als er een kans komt en het is een mooie vervolgstap, dan zou ik het zeker overwegen."
Voor trainer Thomas Letsch is Doekhi allang uit de schaduw getreden van Tannane en Bazoer, als extreem betrouwbare kracht in zijn elftal. Een speler die in zijn ogen het niveau van Feyenoord inmiddels ontgroeid is en misschien wel een betere verdediger is dan Ajacied Perr Schuurs.
Maar het gaat uiteindelijk om de prijzen. Dan moet Vitesse slagvaardiger zijn dan eerder dit seizoen in de Johan Cruijff Arena, toen Ajax met een man minder aan puntenverlies ontsnapte. PSV, AZ en Feyenoord werden wel al verslagen door de Arnhemmers, wat de underdog het nodige vertrouwen geeft.
Olie op het vuur
Ingetogen als hij is, voelt Doekhi in aanloop naar de wedstrijd van het jaar absoluut niet de behoefte om nog wat olie op het vuur te gooien. En andersom verwacht hij dat ook niet van zijn oom.
"Ik spreek hem na de finale wel", verwacht Doekhi, in de hoop dat hij daarbij de felicitaties in ontvangst kan nemen. Hoe dan ook zal Bogarde de ontwikkeling van zijn neefje niet zijn ontgaan. "Ik denk wel dat hij trots is."