Windmolens in de Rotterdamse haven
NOS NieuwsAangepast

Recordproductie groene stroom; ook internationaal sterke groei

  • Heleen Ekker

    redacteur Klimaat en Energie

  • Heleen Ekker

    redacteur Klimaat en Energie

Op tweede Paasdag was naar schatting zestig procent van alle elektriciteit afkomstig uit de groene energiebronnen zon en wind. Dat blijkt uit cijfers die worden bijgehouden op de website Energieopwek.nl, een samenwerkingsverband van onder meer Tennet, de Gasunie en Netbeheer Nederland. Ook internationaal groeit groene energie sterk, blijkt uit een rapport van deze week.

Sinds begin dit jaar wordt in Nederland record na record gebroken. Er zijn recent zoveel windmolens op zee bijgeplaatst dat er in vergelijking met vorig jaar ruim twee keer zoveel energie wordt opgewekt. Ook zonne-energie neemt sterk toe, als gevolg van het groeiende aantal zonnepanelen.

"Maart maakte heel even de toekomst waar", jubelde een persbericht van Energieopwek vorige week. Op 26 maart dit jaar werd korte tijd 77 procent van alle stroom duurzaam opgewekt. In 2030 zal de stroomproductie gemiddeld voor 70 procent uit hernieuwbare bronnen moeten bestaan, is afgesproken in het Klimaatakkoord. Dat lijkt steeds beter voorstelbaar, beaamt Martien Visser, die de website Energieopwek.nl mede ontwikkelde.

Grote stappen

"Het geeft duidelijk aan dat we op dit moment in Nederland grote stappen zetten met de verduurzaming van onze stroomvoorziening", zegt Visser. Aan de ene kant is dat niet meer dan logisch, zegt hij, want met meer windmolens en zonnepanelen is het wachten op gunstig weer voor er records gebroken worden. Tweede Paasdag was zo'n dag, met harde wind en toch ook zonnige perioden. Aan de andere kant is het belangrijk om deze ontwikkeling te markeren.

"We halen zoveel dingen niet in Nederland, en dit halen we dus wèl", aldus Visser. "Het is goed om successen te vieren. Net als bij voetbal. Als het Nederlands elftal te vaak verliest, vinden veel mensen voetbal niet meer leuk. Maar bij succes groeit de interesse." Volgens Visser gaat het geheid lukken om de doelstelling voor groene stroom in 2030 te halen.

"Er staat nu voor 2500 megawatt aan windmolens op zee, dat moet 11.000 MW worden. Dus wind op zee is de grote motor, en dat zal wel doorgaan." Bij de komst van windmolens of zonneparken op land is meer discussie, en zullen plannen soms afketsen op gebrek aan draagvlak.

Ook internationaal groeit duurzame stroom flink. Uit een rapport van het internationaal agentschap voor hernieuwbare energie IRENA blijkt dat van alle nieuwe elektriciteitscapaciteit die er in 2020 bij kwam tachtig procent hernieuwbaar is. Zon en wind vormen met meer dan 90 procent daarvan het grootste aandeel.

"Vooral in Azië gebeurt er op dit vlak veel", zegt Sanne Akerboom, expert energietransitie aan de Universiteit Utrecht. "Dit vloeit voort uit internationale klimaatafspraken. Er is een lange aanloopperiode geweest, want vooral windmolens staan er niet zomaar. Maar nu begint het in heel veel landen echt te lopen."

Maar nu de doelstelling voor groene stroom in 2030 steeds haalbaarder lijkt, wordt het volgende probleem dwingender. De stroomproductie wordt afhankelijker van het grillige weer. Vooral op dagen zonder wind en zon is er straks een probleem.

Acht dagen

Het KNMI heeft recent uitgerekend hoeveel dagen dat zijn. Onderzoeker Rinus Scheele bekeek op basis van de afgelopen dertig jaar hoeveel dagen achtereen er te weinig wind of zon is in Nederland. Om dat te ondervangen zal er dus meer energie moeten worden opgeslagen. Uit zijn berekeningen blijkt duidelijk dat zonne- en windenergie niet zonder elkaar kunnen bestaan.

Voor alleen windenergie is er te weinig wind op maximaal 44 dagen per jaar. Voor alleen zonne-energie is dat maximaal 99 dagen. Scheele: "Hoewel veel mensen liever zonne-energie willen, is duidelijk dat je het daarmee alleen niet gaat redden. Want dan zou je voor maanden energie moeten opslaan."

Los van hoeveel energie er daadwerkelijk wordt opgewekt, is zijn conclusie dat met de combinatie van zon en wind theoretisch kan worden volstaan met een reserveopslag van acht keer de gemiddelde dagproductie. Want op dagen met te weinig energieproductie is er toch nog steeds wel enige opbrengst.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl