Tentoonstelling met geur van 17e eeuwse grachten in het Mauritshuis
Op een nieuwe tentoonstelling in het Mauritshuis in Den Haag kunnen bezoekers de schilderijen en objecten niet alleen zien, maar ook ruiken. Het museum zet daarvoor een aantal speciale geurzuilen neer.
In de expositie Vervlogen - geuren en kleuren zijn bijna vijftig schilderijen en objecten uit de 17e eeuw opgenomen. In die werken speelt volgens de samenstellers geur een centrale rol.
De expositie is te zien tot 29 augustus. Totdat de coronamaatregelen versoepelen en musea hun deuren weer mogen openen, kunnen geïnteresseerden een digitale rondleiding volgen, schrijft Omroep West. De bijbehorende geurtjes krijg je dan toegestuurd in een speciaal geurpakket.
Een van de werken is Gezicht op de Oudezijds Voorburgwal met de Oude Kerk in Amsterdam (ca. 1670) van Jan van der Heyden (1637 - 1712). De zuil bij dat werk geeft een onprettige lucht af, want de grachten lagen toentertijd vol voedselresten, uitwerpselen en lozingen van onder meer leerlooierijen.
Ook het werk Gestrande potvis bij Beverwijk (1602) van Jan Saenredam (1565/1566 - 1607) is voorzien van een onaangename geur. Bij dat werk kunnen bezoekers ruiken hoe een rottende potvis ruikt. Bij een ander werk kunnen museumbezoekers middelen ruiken waarmee linnen werd gebleekt.
Lavendel
Niet alle geuren in de tentoonstelling zijn onaangenaam. Om vieze geurtjes in de 17e eeuw te maskeren, droegen rijke vrouwen zogenoemde pomanders om hun nek. Een juweel in bolvorm met bijvoorbeeld lavendel erin. Ook dat is te ruiken bij de tentoonstelling. Daarnaast worden ook werken zonder geurzuil getoond waarin geur een centrale rol speelt, zoals beeltenissen van een anatomische les.