Met Kökçü bouwt coach Günes aan Turkse topploeg: 'Oranje gaat het lastig krijgen'
Toen Hakan Sükür op 29 juni 2002 na elf seconden het snelste doelpunt in de geschiedenis van het WK voetbal maakte, zat Orkun Kökçü ergens in Haarlem wellicht aan een fruithapje. Of hij deed een slaapje, duim in de mond, knuffels in de buurt.
Tegelijkertijd zat Deniz Türüc ergens in Enschede voor de televisie. "Toen Turkije in 2002 op het WK in Zuid-Korea en Japan derde werd, skipte ik school om zo alle wedstrijden van het nationale team te kunnen kijken", vertelde hij onlangs in een lang interview in Voetbal International.
Woensdag krijgen ze allebei misschien wel speeltijd in het WK-kwalificatieduel met Oranje. Dat ligt aan de 68-jarige Senol Günes. De ooit zo vermaarde doelman van Trabzonspor, zelf goed voor 31 interlands, keerde twee jaar geleden terug als bondscoach van Turkije.
Günes won de eerste vijf wedstrijden sinds zijn terugkeer allemaal, met de 2-0 thuiszege op wereldkampioen Frankrijk als hoogtepunt. Ook in Saint-Dénis werd niet verloren (1-1) in een wedstrijd die vooral herinnerd zou worden vanwege de militaire groet die de spelers maakten na afloop. Een verwijzing naar de Turkse soldaten die op bevel van president Erdogan in Noord-Syrië oorlog voerden.
"Dat wij dit deden, werd heel negatief uitgelegd in Europa", vertelde Türüc in Voetbal International. "Maar in die periode kwalificeerden we ons voor het EK. Er waren veel Turkse soldaten gesneuveld in de strijd in het oosten en wij wilden als eerbetoon ook voor hen de wedstrijden winnen. Als het over politiek gaat, is er altijd heel veel druk op Turkse voetballers. Vooral in de rest van Europa. Wat er met Mesut Özil is gebeurd, is toch verschrikkelijk? Nadat hij had geposeerd met de president, kwam er zóveel kritiek dat hij niet meer voor het Duitse elftal kon uitkomen. Zo'n grote speler, hè."
Uiteindelijk zou Turkije maar een nederlaag lijden in de kwalificatiecampagne voor het EK van 2020, dat vanwege de coronapandemie pas komende zomer zal plaatsvinden.
Alleen op IJsland werd met 2-1 verloren. Een wedstrijd die omgeven was door gedoe. Zo was er het in Turkse media breed uitgemeten incident met Emre Belözöglü, die op de luchthaven van Reykjavik bij wijze van grap geïnterviewd werd met een wc-borstel in plaats van een microfoon.
Bovendien werd de voltallige selectie ruim drie uur vastgehouden op het vliegveld. Daar moet je bij Günes niet mee aankomen. Na afloop van de met 2-1 verloren wedstrijd zei hij bijvoorbeeld: "Dertig jaar geleden was ik hier ook, als doelman. Er is in die dertig jaar niet veel veranderd. Alleen de mensen zijn een stukje minder gastvrij."
Jeugdinterlands voor Oranje
Enschedeër Türüc, die ooit door toenmalig trainer van Go Ahead Eagles Erik ten Hag werd opgepikt bij De Graafschap, is een grote meneer in Turkije. Dit jaar speelde hij nog in de Champions League voor Basaksehir, de club van president Erdogan. Na de zomer keert hij normaal gesproken terug naar Fenerbahçe.
Haarlemmer Kökçü geldt nog altijd als groeibriljant bij Feyenoord, al blijft zijn echte doorbraak mede door blessures nog altijd uit.
Voor hetzelfde geld hadden beide woensdag aan de andere kant kunnen staan. Beiden speelden jeugdinterlands voor Oranje, net als Oguzhan Özyakup voor hen. De laatste scoorde in 43 interlands een keer, maar dat was wel de openingstreffer in Konya tegen Nederland.
Die wedstrijd eindigde in 3-0, waardoor de nummer drie van het WK zich niet plaatste voor het EK in Frankrijk en het lot van bondscoach Danny Blind bezegeld was.
"Volgens mij was ik op vakantie in Turkije", vertelt Kökçü met een brede glimlach. Twee jaar later zou voor het eerst spelen voor Oranje Onder 17, in 2019 sloot hij dat hoofdstuk af als aanvoerder van Oranje Onder 19.
Maar toen, in 2015, ging hij als 14-jarig jochie op in die magische voetbalsfeer. "Voetbal leeft echt in Turkije en dat zag je ook wel in die wedstrijd. Mede door de supporters werd het toen 3-0."
'Concurrentie is groot bij Turkije'
Zes jaar later krijgt Kökçü de voorkeur boven Özyakup, die mede door blessures weinig speeltijd krijgt bij zijn club Besiktas. Vorig jaar maakte Kökçü zijn debuut in het Nations League-duel met Servië, twee maanden later kwam zijn tweede en voorlopig laatste interland tegen Kroatië.
De concurrentie is groot, beseft de Feyenoorder. "Turkije heeft een heel goede ploeg. Voorin hebben we spelers die in de topcompetities spelen. En achterin hebben Demiral van Juventus bijvoorbeeld, of Söyünçü van Leicester City. Dat zijn niet de minste namen. Het is aan mij om te laten zien dat ik kans maak op speelminuten."
Woensdag wordt nog niets bezegeld, maar een nederlaag tegen Turkije maakt de weg naar het WK in Qatar voor Oranje wel meteen een stuk moeilijker. Moeten we rekening houden met een doemscenario?
"Ik denk dat je Nederland en Turkije goed met elkaar kunt vergelijken", vindt Kökçü. "Veel jonge spelers, die in topcompetities spelen. Het is wel balen dat er geen publiek bij is. Dat zou een nog mooiere ervaring zijn."
Terug naar 2002
Onder bondscoach Günes staat Turkije weer helemaal op de voetbalkaart. Maar wat deed hij eigenlijk op die historische dag in 2002? De dag waarop Turkije de op twee na beste voetbalploeg van de wereld was?
Hij kreeg een stevige knuffel van Guus Hiddink, nam zijn felicitaties in ontvangst en straalde van oor tot oor.
Na afloop liet Günes zich interviewen. Hij bedankte Japan en Zuid-Korea voor de gastvrijheid. Maar een ding moest hem van het hart. "Het verkeer was een ramp", verklaarde hij met een streng gezicht. Daar moet je bij Günes niet mee aankomen.
Geen tijd te verliezen dus voor jongens als Türüc en Kökçü. Om te beginnen woensdag in Istanbul tegen Oranje.