Patrick Evenepoel, Adrie van der Poel en Jos van Aert
NOS Wielrennen

Van der Poel, Van Aert en Evenepoel, ooit reden ze samen: 'Bizar, hè?'

Ze overtoepen elkaar aan de lopende band. Als de één imponeert door bergop iedereen te lossen, moet de ander een onnavolgbare solo uit de benen schudden. En zaterdag zijn ze allebei, Wout van Aert en Mathieu van der Poel, weer topfavoriet voor de zege in Milaan-Sanremo.

Het is met deze uit de hand gelopen rivaliteit moeilijk voor te stellen dat er ooit een Van der Poel samenreed met een Van Aert in dezelfde wielerploeg. Met ook nog een Evenepoel, dat andere megatalent uit België, als ploeggenoot.

"Bizar hè, die drie namen in één ploeg?", stelt John van den Akker, destijds ploeggenoot van het drietal. "Alleen zijn de zonen wel een graadje beter."

Collstrop - Willy Naessens in 1994: Van der Poel uiterst rechts, met Van Aert naast hem

Het was in 1994. Bij de bescheiden Belgische wielerploeg Collstrop-Willy Naessens fietsten Adrie van der Poel, Patrick Evenepoel en Jos van Aert. Twee vaders en een achteroom van de unieke lichting toprenners van nu.

Oud-ploegleider Willy Teirlinck kan zich de drie ook nog goed voor de geest halen. "Met Adrie had ik zelf nog gekoerst. Hij was een van de betere renners in onze ploeg, hij moest voor de uitslagen zorgen."

En de andere twee? "Jos van Aert kwam net als Adrie naar onze ploeg omdat we een Nederlands fietsenmerk hadden, Concorde. Hij had meer een knechtenrol. Een vrij rustige jongen, net iets te braaf om coureur te zijn eigenlijk."

"Evenepoel zat al langer bij mij in de ploeg. Een degelijk coureur, maar niks uitzonderlijks. Ik zie hem nog af en toe. Dan gaat het altijd over zijn zoon."

Veel hebben de drie niet samen gekoerst. "Ik had aan het begin van dat jaar eigenlijk al besloten te stoppen", biecht Van Aert (58) op.

Collstrop - Willy Naessens in 1994 met Van der Poel (r) en Evenepoel (derde van links)

Ook Evenepoel (52) was bezig aan zijn laatste wedstrijden op de weg. "Het was het begin van de zwarte periode in het wielrennen. Het was niet meer te volgen. Maar eerlijk: ik had de motor ook niet."

"Ik was geen topper", vervolgt de vader van Remco. "Ik won bij de jeugd wel veel, 107 wedstrijden, maar in onze tijd kon je ook makkelijker winnen. Er waren zo'n dertig koersen op zondag. Dat waren dan vaak rondjes om de kerktorens. Nu zijn de wedstrijden bij de jeugd groter, het niveau ligt hoger."

Hij had ook niet gedacht dat zij met z'n drieën deze generatie zouden voortbrengen. "Neen, dat had niemand kunnen voorspellen."

Van der Poel excelleert in vijfde etappe Tirreno-Adriatico

De jeugd breekt tegenwoordig sneller door bij de profs, merkt Van der Poel (61). En imponeert daarbij gelijk, met indrukwekkende versnellingen en lange solo's. "Deze generatie mag zo koersen. We zagen Egan Bernal al in de Tour van 2019, Evenepoel heeft het ook al gedaan."

En zijn eigen zoon deed het onlangs nog in Tirreno-Adriatico: een solo van vijftig kilometer. "Vroeger had de gevestigde orde dit niet toegestaan. Daar zaten ze niet op te wachten. Maar als je eigenwijs bent en je bent al zo goed..."

De enkels van Mathieu

"De enige die dit vroeger zo kon, wat ik me kan bedenken, was Bernard Hinault. Ik kon dit niet. Ik moest het hebben van mijn parcourskennis, van mijn slimmigheid en van het letten op mijn tegenstanders. Qua talent kom ik nog niet tot aan de enkels van Mathieu."

John van den Akker en Jos van Aert reden van 1990 tot 1993 samen bij PDM, alvorens ze overstapten naar Collstrop-Willy Naessens

Van Aert, achteroom van Wout, is al even bescheiden. "Wout en ik hebben dezelfde genen en we zijn allebei profwielrenner, maar daar houdt het wel bij op. Hij is zo'n groot talent. Ik was een knecht, kon redelijk goed omhoog, maar verder.."

Tijdens de Tirreno zat de Nederlander aan de buis gekluisterd. "Ik vind het ongekend genieten. Het is zo uitzonderlijk wat deze generatie doet. Hoe Wout afgelopen week eerst een massasprint wint, dan bergop met de besten meerijdt en dan ook nog die tijdrit op zijn naam schrijft."

Van Aert en Nederlandse roots

Van Aert staat niet heel dicht bij zijn achterneef. "Ik kom af en toe naar de cross en dan maken we een praatje bij zijn camper. We zijn een hechte familie, de Van Aerts, maar ik heb geloof ik wel 96 neven en nichten. Mijn familieband met Wout? Hij is de zoon van mijn neef Henk. De ouders van Henk, de opa en oma van Wout, zijn als Nederlanders ooit naar België verhuisd,"

Remco en Mathieu zijn rastalenten. Als je ze morgen aan een pingpongtafel zet, winnen ze nog.

Oud-ploegleider Jean-Marie Wampers

Een andere ploegleider uit die tijd, Jean-Marie Wampers, ziet weinig overeenkomsten tussen de drie oud-coureurs en de nieuwe generatie. "Evenepoel kon redelijk bergop, maar hij is niet te vergelijken met zijn zoon. Remco en Mathieu zijn rastalenten."

"Die kan je in alle sporten opstellen en dan winnen ze nog. Als je ze morgen aan een pingpongtafel zet, winnen ze ook. Zelfs als je ze laat tennissen, winnen ze nog. Dat hebben de vaders niet."

'Mathieu-complex'

Wampers, zelf ooit winnaar van Parijs-Roubaix, ziet in Van Aert vooral iemand met veel doorzettingsvermogen. "Wout is anders. Hij is meer van de vechtlust. Ik zal niet zeggen dat hij een Mathieu-complex heeft, maar zonder Mathieu had hij toch al wat meer gewonnen nu. Zolang ze samen zullen fietsen, gaat er altijd één beter zijn. Het is bewezen dat Mathieu een klasse meer heeft dan Wout."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl