Van der Poel weet hoe hij Milaan-Sanremo gaat winnen: 'Zijn geen andere opties'
"De laatste Nederlandse winnaar in Milaan-Sanremo? Vorig jaar wist ik het, maar inmiddels ben ik het vergeten. Hij heeft nog met mijn vader gekoerst? Ja, Hennie Kuiper."
Dat was in 1985. En anno 2021 zou Mathieu van der Poel Kuiper graag opvolgen. Zaterdag staat hij aan de start van de wielerklassieker, met maar een doel: weer een Nederlandse winnaar in de boeken krijgen na 36 jaar.
"Bijna alle grote koersen zijn een doel voor mij", zegt het fenomeen van de Alpecin-Fenix-ploeg vastberaden.
Samen met Wout van Aert en wereldkampioen Julian Alaphilippe - de winnaars van de afgelopen twee jaar - vormt Van der Poel momenteel 'de Grote Drie' van het wielrennen. Ze domineren het voorjaar.
Van der Poel blonk het meest uit. Hij won Strade Bianche en twee ritten in Tirreno-Adriatico. Die koers was ook de Belg Van Aert - kopman van het Nederlandse Jumbo-Visma - en de Fransman Alaphilippe goedgezind. Van Aert schreef twee etappes in de Italiaanse rittenkoers op zijn naam, Alaphilippe een.
Van der Poel ligt niet meer wakker van druk
Van Aert heeft zich al in de underdogrol gemanoeuvreerd voor Milaan-Sanremo door te zeggen dat iedereen naar Van der Poel gaat kijken. Die blijft er op zijn beurt kalm onder. "De druk bij mij leggen, dat gebeurt wel vaker. Daar lig ik niet meer wakker van", aldus de Nederlander.
Bekijk in de videocarrousel hieronder de overwinningen van Mathieu van der Poel in Strade Bianche en Tirreno-Adriatico.
Milaan-Sanremo is het eerste Monument van dit wielerseizoen. De koers behoort samen met de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix, Luik-Bastenaken-Luik en de Ronde van Lombardije tot de meest prestigieuze klassiekers.
Van der Poel hoopt ze ooit allemaal gewonnen te hebben. Dat lukte tot nu toe slechts drie renners: Rik Van Looy, Eddy Merckx en Roger De Vlaeminck. Van der Poel heeft er tot dusver een op zijn palmares prijken: hij won vorig jaar de Ronde van Vlaanderen.
Op de Poggio begint het voor Van der Poel
Milaan-Sanremo staat bekend om zijn lange aanloop naar de finale. In totaal zitten de renners 300 kilometer op de fiets. "Daar sta ik ook niet echt om te springen", zegt de renner van Alpecin-Fenix.
Voor de Nederlander begint de koers namelijk pas echt bij de beklimming van de Poggio, zo'n tien kilometer voor de finish. "Het is bijna altijd hetzelfde scenario. Aanvallen op de Poggio, wegkomen en dan sprinten met een groep van twintig, dertig man. Ik denk niet dat er veel andere scenario's zijn om te winnen."
Van der Poel leverde veel inspanningen tijdens de Tirreno, maar zegt daar helemaal hersteld van te zijn. "Ik voel me goed. Of ik mijn gebruikelijke patatje al heb gegeten? Hier in Italië is het pizza hè, dat smaakt ook."