Weinig Drenten en Limburgers, veel mannen: op wie kun je straks stemmen?
Hugo van der Parre en Winny de Jong
redacteuren Binnenland
Hugo van der Parre en Winny de Jong
redacteuren Binnenland
De provincie Drenthe is relatief het slechtst vertegenwoordigd op de kandidatenlijsten voor de komende Tweede Kamerverkiezingen. Afgezet tegen het inwonertal komen er veel te weinig kandidaten uit die provincie. Voor een goede afspiegeling zouden er meer dan twee keer zoveel kandidaten uit Drenthe op de lijsten moeten staan als nu het geval is.
Van de vijf Drentse kandidaten staat er bovendien maar één op een verkiesbare plaats: Agnes Mulder (CDA) op de achtste plek. Dat blijkt uit een analyse van de NOS van de eerste twintig kandidaten op op de kieslijsten zoals die op de websites van de partijen zijn terug te vinden.
Ook Limburg, Friesland en Noord-Brabant zijn sterk ondervertegenwoordigd. In Brabant bijvoorbeeld woont bijna 15 procent van de Nederlanders, terwijl maar 7 procent van de kandidaten uit die provincie komt.
Beroepspolitici
Zuid-Holland is met afstand oververtegenwoordigd. Dat komt doordat veel beroepspolitici in of rond Den Haag wonen. De Randstad is sowieso overbedeeld op de lijsten: 62 procent van de kandidaten komt uit Noord-Holland, Zuid-Holland of Utrecht, terwijl daar circa 48 procent van de Nederlanders woont.
Van alle onderzochte Kamerkandidaten komt slechts 2 procent echt van het platteland. De helft woont in grote steden. Amsterdam en Den Haag zijn elk goed voor 51 kandidaat-Kamerleden, Rotterdam voor 27, gevolgd door Utrecht en Groningen met beide 14 kandidaten. Opvallend is dat er ook kandidaten zijn die volgens hun partij als woonplaats Saba, Sint Maarten of Peking hebben.
Bij1 is de partij met de meeste stedelingen op de lijst, op de voet gevolgd door D66, GroenLinks en Volt. Bij deze partijen komt 70 procent van de kandidaten uit grote steden. De SGP heeft maar één kandidaat die afkomstig is uit een sterk stedelijke omgeving.
ChristenUnie en CDA best gespreid
Als we verder inzoomen op de verschillende partijen blijkt dat de ChristenUnie en het CDA hebben gezorgd voor de beste spreiding over alle regio's. Het CDA heeft kandidaten uit elf provincies, alleen Flevoland ontbreekt in hun top-20. De ChristenUnie rekruteert haar kandidaten uit tien provincies, maar daar is de verdeling evenwichtiger: de herkomst is gelijkelijk verdeeld over Gelderland, Overijssel, Utrecht en Noord- en Zuid-Holland, elk met niet meer dan 15 procent van de top-20.
Aan de andere kant van het spectrum staat Splinter. De partij van Femke Merel van Kooten haalt haar kandidaat-Kamerleden uit slechts vier provincies. Alle kandidaten komen uit Noord- en Zuid-Holland, Utrecht of Gelderland. De PVV doet het nauwelijks beter met vijf herkomstprovincies. CDA, PvdA en Code Oranje presenteren in verschillende kieskringen lijsten waar hun regionale kandidaten juist hoger op de lijst staan.
Vrouwen en mannen
De partij Bij1 van Sylvana Simons heeft de meeste vrouwen op de lijst, gevolgd door GroenLinks en Splinter. Op de lijst van Bij1 zijn elf van de achttien kandidaten vrouw, dat is 62 procent. GroenLinks komt uit op 60 procent, Splinter op 58 procent. Ook de PvdA heeft meer vrouwen dan mannen bij de eerste twintig kandidaten. VVD, Volt en Nida hebben mannen en vrouwen evenwichtig verdeeld.
De SGP heeft zoals verwacht geen enkele vrouw op de lijst staan. Ook Forum en het daarvan afgesplitste JA21 hebben overwegend mannen op de lijst, met respectievelijk slechts drie en vier vrouwen in de top-20.
Van alle onderzochte kandidaten is 62 procent man tegen 38 procent vrouw.
Eén op de vijf heeft migratieachtergrond
Van de onderzochte kandidaten heeft iets meer dan één op de vijf een migratieachtergrond. Dat is in lijn met de bevolkingscijfers. Het verbaast niet dat Denk, Nida en Bij1 de partijen zijn met veruit de meeste kandidaten met een migratieachtergrond. Veel van hun kandidaten zijn Nederlanders met Turkse, Marokkaanse, Surinaamse, Antilliaanse of andere niet-westerse wortels.
Van de kandidaten van PvdA, D66 en GroenLinks heeft een kwart tot een derde van de kandidaten een migratieachtergrond. Het CDA heeft slechts één kandidaat met een migratieachtergrond in de top-20. VVD, SP en ChristenUnie hebben er iets meer. Opvallend is dat nieuwe partijen als Volt en Splinter nauwelijks mensen met een migratieachtergrond op hun lijst hebben staan.
Jong en minder jong
En dan de leeftijd. Volt heeft de jongste kieslijst: gemiddeld zijn de kandidaten 34 jaar oud. Ook Nida en Denk zijn relatief jong met gemiddelden van 36 en 39 jaar. Bij vrijwel alle andere partijen ligt de gemiddelde leeftijd tussen de 40 en 50 jaar, uitgezonderd de PVV (51) en uiteraard 50Plus. Bij die partij is de gemiddelde kandidaat 61 jaar oud. Van de Lijst Henk Krol zijn veel leeftijden niet bekend.
Oud of nieuw?
Bij het CDA bestaat de top-20 voor 80 procent uit zittende Kamerleden. Daarmee is het de partij die het minste vernieuwt in de top. Ook bij de VVD en D66 bestaat ruim meer dan de helft van de top-20 uit zittende Kamerleden.
Bekijk op deze interactieve kaart per partij in welke gemeenten de nummers 1 tot en met 20 wonen: