Zeker tien personen hadden contact met Russen, zegt chef AIVD
De AIVD zegt dat de twee Russische diplomaten die in Nederland jacht maakten op hightechkennis een groot netwerk van bronnen hadden opgebouwd. "We hebben in meer dan tien gevallen redelijk intensieve contacten kunnen vaststellen, waarvan we in een aantal gevallen ook echt hebben gezien en gehoord dat er sprake was van informatieoverdracht en betaling", zei AIVD-chef Erik Akerboom in het radioprogramma Nieuws en Co.
Volgens Akerboom heeft de AIVD de spionnen en bronnen geruime tijd geobserveerd, voordat er werd ingegrepen. "U moet zich voorstellen dat we deze zaak heel lang stil hebben gehouden om ervoor te zorgen dat we goed doorkregen wat er eigenlijk gaande was. Pas gisteren en vandaag hebben we contact opgenomen met de bedrijven en deze bronnen." De twee Russen zijn door het ministerie van Buitenlandse Zaken tot persona non grata verklaard en moeten het land verlaten.
De Russische ambassade in Den Haag heeft persbureau Tass laten weten dat het Nederlandse ministerie "geen bewijs heeft geleverd voor illegale activiteiten door Russische diplomaten" en dat Rusland tegenmaatregelen zal nemen. Dat betekent waarschijnlijk dat twee Nederlandse diplomaten moeten vertrekken uit Rusland.
Niet strafbaar
Zeker een bron uit het netwerk wacht hetzelfde lot als zijn opdrachtgevers. Deze persoon heeft een buitenlandse nationaliteit en moet Nederland verlaten. Wat er met de anderen gebeurt, is nog onduidelijk. Het contact hebben met een buitenlandse inlichtingendienst is op zichzelf niet verboden, het schenden van staats-, ambts- en bedrijfsgeheimen wel.
Of de bronnen zich daaraan schuldig hebben gemaakt, weet de AIVD niet. De kans is groot, omdat ze bij hightechbedrijven en hogeronderwijsinstellingen werken die onderzoek doen naar kunstmatige intelligentie, quantumcomputers, halfgeleiders en nanotechnologie.
Schade
"We proberen vanaf nu vast stellen wat er precies weg is, om vast te stellen hoe groot de schade is", zei Akerboom. "Maar als informatie wordt ontvreemd bij bedrijven die unieke kennis ontwikkelen, kan de schade heel groot zijn, voor dat bedrijf, maar ook voor onze economie en de nationale veiligheid. Want de zaken waarnaar ze op zoek waren, zijn toepasbaar in civiele technologie, maar ook in de militaire wereld."
De betrokken bedrijven gaan nu zelf onderzoek doen naar welke informatie werd ontvreemd en wat de schade is. Als er staats-, ambts- of bedrijfsgeheimen zijn gestolen, kunnen ze aangifte doen bij het Openbaar Ministerie. Het kabinet wil spionage al langer strafbaar stellen. Het ministerie van Justitie en Veiligheid werkt aan een wet waarin dat geregeld wordt.
Vroeger werd dit achter de schermen afgehandeld.
Experts noemen het opvallend dat de Nederlandse autoriteiten de spionagezaak zo openlijk communiceren. Dat gebeurde bijvoorbeeld ook na de mislukte Russische hackaanval op het OPCW in Den Haag in 2018, maar het was daarvoor zeer ongebruikelijk, zegt Ben de Jong, kenner van de Russische inlichtingendiensten van de Universiteit Leiden.
"Vroeger werd dat achter de schermen afgehandeld en gaf Den Haag daar geen ruchtbaarheid aan. Ik denk dat het tekenend is voor de slechte betrekkingen tussen Rusland en Nederland, en het Westen in het algemeen."
Vergelijkbaar met CIA
Volgens de AIVD zijn de twee spionnen lid van de Russische civiele inlichtingendienst SVR. Die is volgens De Jong vergelijkbaar met de Amerikaanse CIA. "Bij elke grote Russische ambassade hebben die een vestiging. Net zoals de CIA op vrijwel alle Amerikaanse ambassades."
Dat de veronderstelde spionnen het gemunt hadden op technologische bedrijven en instellingen vindt De Jong niet bijzonder. De Russen hebben al sinds de Koude Oorlog nieuwe technologieën als doelwit, stelt hij. "Het is een van de manieren om de chronisch technologische achterstand op het Westen te compenseren."