Westnijlvirus voor het eerst gevonden bij vogel in Nederland
Voor het eerst is in Nederland bij een vogel het westnijlvirus aangetroffen, meldt het RIVM. Eind vorige maand werd in de regio Utrecht een grasmus gevangen en getest.
Dat gebeurde in het kader van het One Health Pact, een groep experts die onder leiding van het Erasmus MC werkt aan de ontwikkeling van een 'early warning-systeem', dat exotische virussen zo vroeg mogelijk moet signaleren. Het virus kan ook op mensen worden overgebracht.
Sinds begin dit jaar zijn meer dan duizend wilde vogels getest. De grasmus is de eerste die besmet blijkt. De afgelopen jaren zijn bij meerdere vogels wel antistoffen aangetroffen, wat erop wijst dat ze de infectie hebben gehad. Omdat het geen trekvogels waren, hebben ze het virus waarschijnlijk in of niet ver van Nederland opgelopen.
Ook de grasmus heeft het virus waarschijnlijk in Nederland opgelopen. In het voorjaar was hij ook al eens gevangen en getest, toen was de uitslag negatief. De soort komt in april naar Nederland, broedt hier en vertrekt in de nazomer weer naar Afrika.
Mensen besmet
Het virus wordt verspreid via geïnfecteerde muggen, die door vogels besmet raken. De muggen kunnen het overdragen op andere vogels, maar ook op mensen en zoogdieren als paarden. Dat gebeurt vooral in de zomer.
Als mensen besmet raken, worden ze in 80 procent van de gevallen niet ziek. 20 procent krijgt milde symptomen als koorts of griepachtige verschijnselen. Infecties die bij mensen in Nederland zijn aangetroffen, zijn in alle gevallen opgelopen in het buitenland.
Diverse partijen doen onderzoek naar het voorkomen van het westnijlvirus in Nederland. Naar aanleiding van de toenemende verspreiding van het virus in Europa is in 2018 een werkgroep opgericht waarin onder andere het RIVM, de NVWA en de faculteit Diergeneeskunde Utrecht zitten.