NOS Nieuws

Kopzorgen ECB over coronacrisis, inflatie en de euro

  • André Meinema

    Verslaggever economie

  • André Meinema

    Verslaggever economie

De coronacrisis heeft een economische ravage in de eurolanden veroorzaakt. Zo'n 1000 miljard euro aan economische productie is verloren gegaan. Overheden hebben voor honderden miljarden aan steunmaatregelen opgetuigd. En tot overmaat van ramp dalen de inflatie en de consumentenprijzen, een symptoom van een hele zwakke economie.

Een hoop zorgen voor de Europese Centrale Bank (ECB) dus. Het bestuur vergadert vandaag over hoe de coronacrisis verder aangepakt moet worden.

De ECB sprong bij het begin van de coronacrisis in maart ongekend snel en stevig in de bres met een opkoopprogramma. De ECB kocht voor 1350 miljard euro aan staatsschulden op. Het verder overeind helpen van alles en iedereen is lastig. Het helpt niet dat de rente al op nul staat en er net een gigantisch schuldenopkoopprogramma van 2500 miljard euro voor de vorige crisis geweest is.

Deflatiespook

Door de coronacrisis wordt minder gebouwd, geproduceerd, geleverd en gekocht. De coronacrisis is ten diepste een vraagcrisis. Er is geen schaarste of tekort aan goederen en diensten, het is geen oliecrisis of ramp, maar mensen kopen minder. Niet omdat er geen inkomen is, maar mensen kunnen, durven en willen het niet. Ook de onzekerheid over baan en inkomen maakt mensen voorzichtig en spaarzaam.

Dat alles drukt de prijzen van goederen en diensten en daarmee ook de omzet en verdiensten van bedrijven. Inflatie slaat om in deflatie, precies wat de ECB helemaal niet wil. De inflatie in de eurozone bedroeg in augustus min 0,2 procent. Lagere prijzen klinkt misschien fijn en voordelig maar is eigenlijk een symptoom van een niet goed draaiende economie.

De belangrijkste doelstelling van de ECB is namelijk het bewaken van de inflatie, de consumentenprijzen. Idealiter dient de inflatie in een gezond draaiende economie te liggen tussen de 1,5 en 2 procent, maar het lukt de ECB al jaren niet dat voor elkaar te krijgen. En nu kijkt de centrale bank toch weer in de ogen van het deflatiespook: dalende consumentenprijzen.

De inflatie in de eurozone kent sinds 1997 pieken en dalen. Deflatie is niet uniek, in april 2016, januari 2015 en juli 2009 daalden de consumentenprijzen ook, maar altijd van korte duur.

Zolang het virus rondwaart en de samenleving en economie klein gehouden wordt door afstand houden en 1,5 meter-regels zal de economische activiteit laag blijven.

De ECB kan dat niet zomaar voorkomen, zegt ING-econoom Carsten Brzeski. "De ECB heeft een mogelijke nieuwe eurocrisis en een kredietcrisis helpen voorkomen, en gezorgd voor vertrouwen in de financiële markten, maar het echte herstel moet komen van overheden en het begrotingsbeleid."

De centrale bank kan weliswaar eindeloos geld oppompen, maar de markt lijkt al flink verzadigd. Meer geld doet niet zoveel meer. Elke dag ligt rond de 500 miljard euro van banken ongebruikt bij de ECB. De excess liquidity, de overtollige liquiditeit, het geld bovenop de vereiste reserves van centrale banken, is dankzij de opkoopprogramma's aangezwollen tot bijna 3000 miljard euro en groeit met de dag.

Wat kan of moet de ECB nog wel doen?

De ECB heeft weliswaar al van alles uit de kast getrokken maar kan nog aan een paar knoppen draaien, zoals meer en sneller schulden opkopen en de rente verlagen. Maar de kans dat de ECB nu nog niets doet is groter. "Lagarde zal waarschijnlijk lagere inflatieverwachtingen presenteren, mede door de sterkere euro van de afgelopen periode en door de impact van de coronacrisis, maar verder het kruit drooghouden gegeven alle onzekerheid over de stand van het economisch herstel", denkt ING-econoom Bert Colijn.

De centrale bank koerst op inflatieverwachtingen, de verwachte beweging van de inflatie in de komende twee jaar, en niet zozeer naar de dagkoersen, de inflatie van vorige maand. Die inflatieraming heeft de ECB al flink naar beneden moeten bijstellen. De ECB rekent dit jaar op een inflatie van 0,3 procent, in 2021 op 0,8 procent en in 2022 op 1,3 procent. Mijlenver verwijderd allemaal van de beleidsdoelstelling van "minder dan maar dicht bij twee procent".

Volgens Brzeski moet de ECB er in ieder geval voor zorgen dat de geldkraan niet te snel wordt dichtgedraaid. "De eurozone loopt anders het gevaar dat de euro nog duurder wordt ten opzichte van andere valuta en dat is slecht voor de economie en inflatie."

"En als dat allemaal niet helpt, praten we wel weer over helikoptergeld." Het idee van 'helikoptergeld' is dat burgers rechtstreeks geld in handen krijgen. "De ECB zou dat idee beter kunnen bewaren voor de volgende crisis."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl