Corona-app is bijna af en wordt nu getest, ook door blinden en slechtzienden
Terwijl de gezondheidsautoriteiten zich zorgen maken over een stijgend aantal besmettingen de afgelopen week, wordt intussen druk gewerkt aan de corona-app. De overheid wil die app inzetten om het bron- en contactonderzoek te ondersteunen. Daarmee zou een nieuwe, grote uitbraak van het coronavirus moeten worden voorkomen.
"We hebben al ontzettend veel werk gedaan en zijn nu bezig met de laatste tests", zegt Jelle Prins. Hij is een van de ontwerpers van de corona-app. Daarbij wordt ook onderzocht of de app goed kan worden gebruikt door laaggeletterden, mensen met een motorische beperking, verstandelijk gehandicapten en blinden en slechtzienden.
Voorlezen
Die laatste groep mocht de app vrijdag onder de loep nemen. "Het is goed dat ze ons vooraf vragen om de app te testen", zegt Gea Weersma. Zij kan bijna niets zien. Haar smartphone moet de teksten in de app aan haar voorlezen, anders kan ze hem niet gebruiken. "Dat werkt bij deze app goed", concludeert ze.
Blinden en slechtzienden zijn vaak afhankelijk van het voorlezen van de app, maar dat gaat lang niet altijd goed. Ook moet deze groep het puur hebben van de tekst: die moet duidelijk genoeg zijn, zonder dat ze afbeeldingen of pictogrammen nodig hebben om de tekst te begrijpen.
Voor slechtzienden is het moeilijk om de anderhalve meter aan te houden.
Juist bij een app als deze is het belangrijk dat blinden en slechtzienden hem kunnen gebruiken, meent Weersma. "Voor slechtzienden is het moeilijk om de anderhalve meter aan te houden." Des te belangrijker dat ze op de hoogte worden gesteld als ze in de buurt zijn geweest van iemand met het virus, vindt ze.
Bekijk hier hoe Gea de app test:
Ook de slechtziende Richard van Essen mocht de app testen. "Ik vroeg me van te voren wel af of er niet overal gegevens van mij terecht zouden komen", zegt hij. "Maar de app wist dat wel goed uit te leggen."
Er leven bij veel proefpersonen inderdaad nog privacyzorgen, merkt ook Job Jansweijer, die de testpersonen begeleidt. "Ze willen graag weten hoe het precies zit met anonimiteit. Daardoor hebben we geleerd om zo goed mogelijk uit te leggen dat de app niet kan zien waar gebruikers zijn", zegt Jansweijer. De app brengt alleen in kaart bij wie wie was.
Privacyzorgen
Bér Engels van burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom snapt de privacyzorgen. "Daarom moet de overheid niet alleen goed uitleggen wat de app doet, maar de risico's ook zoveel mogelijk inperken via wetgeving."
Het kabinet wil dat het verboden wordt om de app te verplichten. Op die manier mogen horeca-ondernemers, werkgevers of zorgverzekeraars niemand dwingen om de app te installeren.
"Maar het kabinet mag met dat verbod wel haast gaan maken, als de app al op 1 september wordt ingevoerd", zegt Engels. "Zonder verbod wordt het misschien toch verleidelijk om anderen te verplichten de app te gebruiken." Ook wil de burgerrechtenorganistatie weten op welk punt de app weer wordt afgeschaft.
Over de app zelf is de organisatie tevreden. Ook is ze blij dat de overheid moeite doet om de app toegankelijk te maken voor zoveel mogelijk mensen. "Iedereen zou de app moeten kunnen gebruiken, terwijl niemand het moet", zegt Engels.
Niet verplicht
Hoeveel mensen de app moeten gebruiken voor hij nut heeft, is onderwerp van discussie. In eerste instantie ging onder meer het Nederlandse kabinet ervan uit dat de app pas nuttig is als 60 procent van de bevolking hem gebruikt, maar dat blijkt genuanceerder te liggen.
Ook bij kleinere gebruikersaantallen zou de app nuttig kunnen zijn, als hij met andere maatregelen wordt gecombineerd. "Uit onderzoek blijkt dat de app vanaf vijftien procent een nuttige bijdrage zou kunnen leveren", zegt Ron Roozendaal van het ministerie van volksgezondheid.
September
De bedoeling is dat de app in september af is. "De app zelf is dan sowieso af", zegt Roozendaal. Intussen moet het ministerie van volksgezondheid in allerijl een nieuwe organisatie vinden die de hosting van de app voor zijn rekening kan nemen. Het ministerie ging ervan uit dat de Belastingdienst dat zou kunnen doen, maar die bleek daar niet op toegerust. Ook is de Autoriteit Persoonsgegevens nog bezig met een onderzoek naar de app.