Inkomen zelfstandigen blijft achter, maar economische krimp valt mee
Zelfstandigen zijn er in de eerste drie maanden van dit jaar wat betreft inkomen minder op vooruit gegaan dan mensen die in dienst zijn. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Gemiddeld bleef het inkomen van huishoudens in het eerste kwartaal van dit jaar op peil ten opzichte van het jaar ervoor, ondanks de coronacrisis die half maart begon. Het inkomen steeg met 1,6 procent.
Maar niet iedereen kwam even goed mee. De stijging is vooral toe te schrijven aan een stijging van de beloning van werknemers over de gehele periode met gemiddeld ruim 5 procent, aldus het CBS. Er werden weliswaar minder uren gewerkt, maar doordat de overheid crisissteun verleende kregen veel werknemers toch hun volle loon.
Tegelijk gingen zelfstandigen er minder in inkomen op vooruit dan werknemers. Hoewel het in de bouw en landbouw relatief goed ging, daalde het inkomen van zelfstandigen in de zorg en de horeca.
Iets minder krimp dan gedacht
Het CBS kwam vandaag met meer cijfers. Zo meldt het bureau dat de economie in de eerste drie maanden van dit jaar iets minder hard gekrompen dan eerder gedacht: de daling was niet 1,7 maar 1,5 procent. Dat is de conclusie na een tweede berekening, op basis van extra informatie die inmiddels beschikbaar is.
De bijstelling komt doordat investeringen in bijvoorbeeld de bouw of onderzoek en ontwikkeling positiever uitvallen dan hiervoor bekend was. Ook hebben consumenten iets meer uitgegeven dan gedacht, hoewel de dalende bestedingen van huishoudens wel de voornaamste reden voor de krimp in het eerste kwartaal waren.
Doordat er minder geconsumeerd werd, is er tegelijk meer gespaard dan in de eerste drie maanden van vorig jaar. Huishoudens hebben ruim 4 miljard euro meer opzij gezet dan vorig jaar. Hoeveel er wordt gespaard, wisselt doorgaans sterk per kwartaal. De laatste drie maanden van vorig jaar is er meer gespaard dan begin dit jaar.