Eindelijk weer naar tweede huis in Frankrijk: 'Iedereen wil nu langskomen'
Jacqueline Eckmann
redacteur Buitenland
Jacqueline Eckmann
redacteur Buitenland
Sinds vandaag is het voor Nederlanders officieel weer mogelijk om zonder problemen naar Frankrijk op vakantie te gaan. Dat is ook goed nieuws voor de meer dan 20.000 Nederlanders met een tweede huis in dat land, zoals Piet Hein Peters. Hij brengt normaal gesproken tien weken per jaar door in zijn huis in La Garde-Adhémar, in de Franse streek Drôme.
"In januari was ik er voor het laatst, veel te lang geleden", vertelt Peters. Op 18 maart sloot Frankrijk de grenzen. "Mijn zoon was nog net voor de sluiting naar het huis gereden en heeft er toen vijf weken gebivakkeerd. Gelukkig ging het uitreizen voor hem vrij makkelijk." Zelf heeft Peters in de tussentijd veel contact gehad met de bewoners van het dorp. "Ze zijn heel voorzichtig, het land heeft in een forse lockdown gezeten."
Mondkapjes mee
Peters wacht niet langer nu de grenzen weer open zijn. Vandaag vertrekt hij al, samen met zijn vrouw. Ze nemen mondkapjes mee, "want die moet je op in de supermarkt." Hij en zijn vrouw hebben zelf allebei corona gehad, met milde symptomen. "Wij zijn drie weken ziek geweest, maar we hadden geen ademnood. Ik denk dat wij daarom wat minder bang zijn."
Hij merkt wel voorzichtigheid bij mensen die zijn huis huren. "Sommige mensen hebben afgezegd omdat ze het gewoon niet aandurven." Zelf heeft hij vooral veel zin om te gaan. "We gaan het zien, heerlijk land."
Ze zullen niet blij met je zijn als er een week na jouw aankomst corona uitbreekt, dan kijken ze allemaal jouw kant op.
Marion Smit springt niet meteen in de auto. Ze wil de ontwikkelingen rondom het virus nog even aankijken. "Op sommige plekken schijnt het weer op te leven las ik vandaag." Smit heeft een huis in de buurt van de stad Vesoul, precies 636 kilometer vanaf haar woonplaats Bussum.
"Op 18 november waren we voor het laatst bij ons huis, toen hebben we alles voor de winter afgesloten", vertelt Smit. "De buren houden een oogje in het zeil, dus ik ben niet bang dat er wordt ingebroken. We hebben een alarm en de buurman maait het gras."
Smit heeft even overwogen om al eerder te gaan, maar dat bleek ingewikkeld. "Als buitenlander mocht je sowieso niet naar je tweede huis en dat vind ik logisch. Bovendien is het een kleine gemeenschap, ze zullen niet blij met je zijn als er een week na jouw aankomst corona uitbreekt. Dan kijken ze allemaal jouw kant op."
Tot ze weer naar Frankrijk gaat verdiept Smit zich in de plaatselijke regels. "Frankrijk hanteert bijvoorbeeld een meter afstand, in plaats van anderhalf."
Jord Hoetink heeft niet geleden onder het gemis van zijn Franse huis. Het verbod om het land in te gaan kwam hem eigenlijk wel goed uit. Zijn huis ligt in Onlay, een gebied in Zuid-Bourgogne. Hij heeft het al 28 jaar en is "28 jaar bezig geweest om het te verbouwen". Hij heeft nu eindelijk tijd gehad om te klussen aan zijn huis in Amsterdam. "Daar kwam ik nooit aan toe."
Kennissen die een huisje hebben in de buurt, zijn al wel gegaan. "Twee, drie weken geleden, want het kriebelde zo. Een familielid in Parijs was voor hen het argument om door de controles te komen en zo is het ze gelukt", vertelt Hoetink.
Vrijdag gaat Hoetink zelf rijden. De watervoorziening is stuk en moet worden gerepareerd, want de kinderen en kleinkinderen komen binnenkort. "Iedereen wil gebruik maken van het huis in deze coronatijd, want verre reizen willen en kunnen ze niet maken."
Niet alleen huizenbezitters zijn blij dat Frankrijk weer open gaat. Ook kampeerders en fietsers staan te trappelen. John Leenaarts wil aan het einde van deze maand met drie vrienden een week gaan wielrennen in Frankrijk. "Ik heb heel lang zitten twijfelen of het kon, maar we kamperen altijd en buiten lijkt het ons wel veilig", vertelt Leenaarts.
"Het overnachten gaat normaal altijd op de bonnefooi, maar dit jaar niet. Ik moet van tevoren weten of de campings en het sanitair wel open zijn." De routes worden altijd vooraf gepland: "We hebben in ons groepje een echte route-freak die dat graag doet."
De groep heeft nog overwogen om naar het Zwarte Woud te gaan omdat Duitsland al eerder open was voor toeristen. Maar daar zijn volgens Leenaarts de wegen te breed en is er veel autoverkeer. "In Frankrijk bezoeken we de kleine dorpjes, daar is het heerlijk rustig. Ook op de terrasjes, waar we ons meestal snel geliefd maken omdat we ook best een biertje lusten."