Enorme milieuwinst Schiphol door corona, maar hoe nu verder?
De coronacrisis heeft grote gevolgen gehad voor het milieu rond Schiphol. Het grotendeels stilvallen van de luchtvaart leidde ertoe dat de uitstoot van stikstof, CO2 en fijnstof terugliep tot minder dan een kwart van normaal. De grootste milieuwinst werd behaald op geluidshinder. Die verdween vrijwel helemaal, blijkt uit berekeningen van consultancybureau To70.
Door het coronavirus wordt amper gevlogen, met alle gevolgen voor de luchtvaartsector van dien. Veel landen maken steunpakketten, al dan niet in combinatie met duurzaamheidsvoorwaarden. Ook in Nederland komt het kabinet een dezer dagen met definitieve maatregelen om de luchtvaartsector te steunen. Intussen staat het denken over het beperken van de vliegoverlast en klimaateisen in de sector niet stil.
Consultancybureau To70, dat onderzoek deed op verzoek van de Milieufederatie Noord-Holland, concludeert dat er in de periode van 1 april tot 20 mei bijna 90 procent minder vliegbewegingen waren ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Het aantal mensen dat nog last heeft van geluidsoverlast daalde daardoor met 98 procent (zie kader).
Er werden ook veel minder schadelijke stoffen uitgestoten. In totaal werd nog maar 6,7 kiloton kerosine verstookt, tegenover normaal 31,8 kiloton. De stikstof-uitstoot rond Schiphol daalde met 74 procent, de CO2-uitstoot verminderde met 79 procent en fijnstof zelfs met 83 procent.
Milieuorganisaties grijpen de situatie aan om te pleiten voor een pas op de plaats. In de notitie Bewaar de rust stelt de Milieufederatie Noord-Holland maatregelen voor om de vlieghinder door Schiphol blijvend te verminderen. Bijvoorbeeld door een verbod op nachtvluchten, meer zogeheten glijvluchten en het creëren van rustperioden van langer dan twee uur.
Ook is dit het moment om van de trein een aantrekkelijker alternatief te maken en verder onderzoek te doen naar krimpscenario's in de luchtvaart, aldus de federatie. "Nu de vraag laag is, kunnen we samen afspreken welke normen luchtvaart en omgeving in balans brengen en welke maatregelen nodig zijn om de rust te behouden", zegt directeur Sijas Akkerman.
Luchtvaartnota betekent groei
Deze wens staat haaks op de onlangs gepresenteerde luchtvaartnota van het kabinet. De focus daarin blijft volgens de milieuorganisaties toch vooral groei van het aantal vluchten. Akkerman: "Uit de luchtvaartnota wordt duidelijk dat minister Van Nieuwenhuizen door wil op de oude voet: meer vliegbewegingen en dus meer geluidshinder. De wethouders uit de Schipholgemeenten moeten ervoor zorgen dat ook Den Haag en Schiphol de hinder echt gaan verminderen."
De Milieufederatie roept de wethouders van de 33 Schipholgemeenten dan ook op ervoor te zorgen dat een deel van de huidige rust wordt behouden.
Intussen gaat ook het zoeken naar manieren om de luchtvaartsector klimaatvriendelijker te maken door. Bijvoorbeeld aan de Duurzame Luchtvaarttafel. Dat overleg, met deelnemers uit de overheid, de luchtvaartsector en de wetenschap, werd ingesteld bij de totstandkoming van het Nationale Klimaatakkoord. De luchtvaart maakte geen deel uit van dat akkoord, maar aan de extra 'tafel' wordt wel nagedacht hoe ook deze sector stappen zou kunnen zetten.
Dit is hét moment om de luchtvaart te verduurzamen.
Ook vorige week was er nog een overleg, vertelt een van de deelnemers, professor Henri Werij van de TU Delft. "De hele sector heeft het nu zwaar. Maar er bestaat grote overeenstemming dat dit wel hét moment is om de sector te verduurzamen. Tegelijk moet je vaststellen dat de bedrijven nu geen geld hebben. Daarom moeten er in internationaal verband harde duurzame voorwaarden worden gesteld aan de miljarden belastinggeld die de politiek aan de luchtvaart gaat besteden."
In omliggende landen als Frankrijk, Engeland en Duitsland gebeurt dat ook, zegt Werij. "Er zijn genoeg dingen te bedenken: een bijmeng-verplichting met alternatieve brandstoffen, meer geld voor onderzoek naar elektrisch vliegen of op waterstof, alles op de grond sneller elektrisch maken, eventueel een versnelde vlootvernieuwing. Nederland heeft heel veel kennis op deze gebieden, daarom hebben we ook de plicht om die in te zetten, vind ik."