Ruiming bij een met corona besmette nertsenhouderij in Deurne
NOS NieuwsAangepast

Kabinet kan nertsenbedrijven niet dwingen om te stoppen

Het kabinet heeft geen juridische middelen om nertsenfokkerijen te dwingen om te stoppen. Dat zeggen de ministers Schouten en De Jonge in de Tweede Kamer. Hooguit kan naar regelingen worden gekeken om de geruimde bedrijven te verleiden om niet opnieuw te beginnen. Ook bedrijven die niet geruimd zijn, zouden van deze regeling gebruik kunnen maken. Minister Schouten onderzoekt nog hoe zo'n 'stoppersregeling' eruit zou moeten zien.

Partijen in de Kamer worstelen met de vraag hoe het verder moet: sommige willen ruime vergoedingen om een eind aan alle fokkerijen te maken, anderen willen de nertsenhouders die nu schade hebben, helpen. Weer andere partijen willen ook zo snel mogelijk een einde aan de fokkerijen, maar zonder ruime vergoedingen.

Dat de besmette bedrijven in verband met de volksgezondheid en het coronavirus moesten worden geruimd, betwist geen enkel Kamerlid. Discussie is er wel over wat er daarna moet gebeuren.

Leeg blijven

Jaren geleden besloot de politiek al dat de bedrijven in 2024 allemaal dicht moeten; tot die tijd geldt een overgangsregeling. Nertsen leven eigenlijk in het water, maar worden gehouden in kooien en enkel gefokt vanwege hun bont. Dat gaat in tegen het dierenwelzijn en de politiek vindt het daarom niet meer aanvaardbaar.

Voor een aantal partijen staat nu vast dat de geruimde bedrijven niet meer gevuld moeten worden met nieuwe dieren. "De kooien zijn nu leeg en moeten leeg blijven", vindt fractievoorzitter Ouwehand van de Partij voor de Dieren. "Dit is het goede moment om te stoppen", vindt ook PVV-Kamerlid Graus.

Ook andere partijen, waaronder GroenLinks, D66 en PvdA denken aan het eerder stilleggen van de bedrijven. Ze willen van de minister horen hoeveel geld dat zou gaan kosten.

Voor VVD en CDA staat het uitkopen nog niet vast, want dwingen tot vroegtijdig stoppen kan veel geld kosten. Volgens VVD-Kamerlid Lodders is het onontkoombaar dat er nu bedrijven geruimd worden, maar moet ook nagedacht worden over compensatie voor de getroffen bedrijven.

Fatsoenlijke regeling

Lodders wijst erop dat er "heel veel heftig leed" is bij nertsenfokkers en wil dat er een "fatsoenlijke regeling" tegenover staat. Ook regeringspartij ChristenUnie vindt dat er voor de geruimde bedrijven een "rechtvaardige stoppersregeling" moet komen. Minister Schouten zou hierover met de sector moeten overleggen.

Zo'n extra compensatie is coalitiegenoot D66 tegen het zere been. D66-Kamerlid Groot ziet er niets in om geld uit te trekken voor een sector die over een paar jaar toch moet stoppen. Hij denkt dat het gaat om een bedrag tussen de 200 en 300 miljoen euro. "Het is echt een dilemma. Het gaat om belastinggeld en dat kan je ook aan cultuur of natuur uitgeven."

In het debat gebeurde ook iets opmerkelijks: GroenLinks en het CDA riepen het kabinet samen op, maar om verschillende redenen, om nog deze maand te kijken naar een ruimhartige stoppersregeling. Het kabinet zou hiermee nertsenhouders moeten verleiden om voor eind dit jaar te stoppen. CDA-Kamerlid Geurts: "Dat is eerlijk naar deze ondernemers en van groot belang voor de volksgezondheid." GroenLinks-Kamerlid Bromet : "Dieren fokken voor bont is binnenkort verleden tijd. Dat wil GroenLinks al heel lang."

Stoppersregeling onderzocht

Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zegt dat ze nog onderzoekt hoe een goede stoppersregeling eruit zou moeten zien, maar heeft dat niet binnen een maand geregeld: "Daar is even tijd voor nodig." Maar ze laat ook weten dat ze op basis van de huidige regelgeving "niet kan besluiten dat fokkerijen niet meer open mogen na de crisis".

Bij bedrijven die nu geruimd worden, gaat dat op basis van een "dierziekte" en niet het coronavirus, aldus Schouten. Kamerlid Ouwehand van de Partij voor de Dieren begrijpt niet waarom daarvoor is gekozen, aangezien horeca en andere zaken wel gesloten zijn op basis van de algemene situatie met het virus.

Volksgezondheid in het geding

PvdA-Kamerlid Ploumen vraagt zich af of die beslissingsbevoegdheid wel bij de minister van Landbouw moet liggen. Op een briefing eerder in de Kamer waarschuwden wetenschappers ervoor dat nertsenfokkerijen niet een "reservoir voor het virus mogen worden". Volgens Ploumen ligt de beslissingsbevoegdheid over het sluiten dan ook eerder op het terrein van minister De Jonge van Volksgezondheid.

Volgens minister De Jonge is het zo eenvoudig nog niet. Hij wijst erop dat de besmettingen van dier op mens geen grote rol spelen in de huidige pandemie en dat de besmettingskans van mens op mens groter is. Volgens Ploumen is er nog weinig bekend over het virus en de besmettingen. Ze wil dat de minister de nertsenbedrijven op basis van het Volksgezondheidsrisico een aanwijzing geeft. De Jonge ziet daar geen aanleiding toe. "Het is nog al wat om gezonde bedrijven te ruimen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl