Historische schepen willen steun en gaan 'voor Pampus'
Eigenaren van historische schepen vragen de overheid om een speciaal steunfonds. Door de coronacrisis hebben ze de eerste drie maanden van het seizoen niet kunnen varen. Sinds 1 juni mogen ze het water weer op, maar met een derde van de passagiers die ze normaal aan boord hebben. Daarmee komt het voortbestaan van de historische schepen in gevaar, zeggen de schippers.
Om deze boodschap kracht bij te zetten varen er vandaag zo'n 175 schepen naar het IJmeer om daar bij het eiland Pampus voor anker te gaan:
Joost Martijn, woordvoerder van de actie, vaart zelf op een klipper uit 1899. "Het zijn allemaal oude vrachtschepen. Wat nu met vrachtwagens over de weg gaat werd vroeger over het water vervoerd." De oude schepen zijn omgebouwd voor de pleziervaart en vervoeren nu passagiers voor een tochtje over het IJsselmeer of de Waddenzee.
Te weinig passagiers
Door het coronavirus kon het vaarseizoen dit jaar niet van start gaan. "Vanaf maart regende het annuleringen en er kwamen geen nieuwe boekingen meer binnen", zegt Martijn in het NOS Radio 1 Journaal. Sinds 1 juni mogen ze weer varen, maar wel volgens de anderhalvemeterrichtlijn. "Dat betekent dat als er is geboekt voor 22 personen, we daar uiteindelijk maar 7 personen van mee mogen nemen", zegt schipper Herman van Linschoten. "Maar die 7 zouden dan wel voor 22 man moeten betalen. Daar gaan ze natuurlijk niet mee akkoord."
De meeste schepen zijn tussen de 100 en 150 jaar oud. Als de schipper het onderhoud van zijn of haar schip niet meer kan betalen of failliet gaat, verlopen de certificaten die nodig zijn om met passagiers te mogen varen.
Volgens de actievoerders moeten de schepen voor een nieuw certificaat voldoen aan de eisen van een nieuwbouwschip. Dat is volgens hen voor deze schepen zowel technisch als financieel onhaalbaar. "Als de ondernemer failliet gaat dan verdwijnt het schip voor Nederland", zegt Martijn.
Dat het "maritieme erfgoed" verdwijnt is ook de vrees van deze schipper:
"De meeste schippers zijn hun bedrijven gestart uit liefde voor deze unieke schepen en ons prachtige vaargebied", zegt de schipper. "We zullen er nooit heel rijk van worden, maar door creatief te zijn als ondernemers is het tot nu toe gelukt om onze imposante vloot in de vaart te houden. Op dit moment weten we niet hoe lang ons dat nog lukt."
De branche komt in aanmerking voor het huidige steunpakket van de overheid. "Er wordt gesproken over maximaal 50.000 euro voor mkb-bedrijven met minder dan 250 werknemers, dat is voor ons nauwelijks genoeg voor alleen het onderhoud", zegt Martijn. "Daarbij is het voor ons als kleine ondernemers onzeker hoeveel we überhaupt gaan ontvangen, op welke termijn en of we het daarmee redden. Een speciaal noodfonds voor de branche kan daar een vangnet voor zijn."