Protesten in Ecuador laaien weer op door de pandemie
In Ecuador zijn de afgelopen dagen duizenden mensen de straat op gegaan, ondanks de quarantainemaatregelen in het Zuid-Amerikaanse land. De betogers zijn woedend over het economische noodplan van president Lenin Moreno. Die wil staatsbedrijven sluiten en salarissen in de publieke sector korten. De president sloot ook ambassades en liet de nationale luchtvaartmaatschappij failliet gaan.
De drastische bezuinigingen moeten het land economisch overeind houden in de coronacrisis, maar wakkeren voorlopig vooral de sluimerende onvrede in het land aan. Vorig jaar oktober ging er een golf van protesten door het land, na een eerdere bezuinigingsronde. De protesten liepen uit op rellen en honderden demonstranten werden opgepakt. President Moreno dook zelfs onder, omdat de situatie uit de hand liep.
De onvrede in Ecuador sloeg over naar andere landen in Latijns-Amerika, bijvoorbeeld Chili waar vorige week ook demonstraties waren tegen de regering.
In een land als Ecuador zie je dat de rijken naar een particulier ziekenhuis kunnen, zich kunnen isoleren en thuis kunnen werken.
De protesten komen vaak voort uit de extreme ongelijkheid op het continent. In Latijns-Amerika is dat overal een groot probleem. "Die ongelijkheid komt nu keihard naar boven door de pandemie. In een land als Ecuador zie je dat de rijken naar een particulier ziekenhuis kunnen, zich kunnen isoleren en thuis kunnen werken, maar de armen hebben die luxe niet", zegt NOS-correspondent Marc Bessems.
Ecuador is zwaar getroffen door het virus. Gerekend per hoofd van de bevolking telt het land de meeste doden in Latijns-Amerika. Het economische hart van het land, de havenstad Guayaquil was een van de eerste steden ter wereld waar het zorgsysteem volledig instortte. In Guayaquil lagen lijken soms dagenlang op straat, omdat er geen plaats meer was in ziekenhuizen, mortuaria en begraafplaatsen.
Kijk hier naar de reportage uit Guayaquil van vorige maand:
De economie van Ecuador lag al in puin voor de coronapandemie. Voorgaande regeringen lieten het land met diepe schulden achter, en de olie-inkomsten waar Ecuador zo afhankelijk van is, zakten in. President Moreno kreeg hulp van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), op voorwaarde dat hij zou bezuinigen.
Door het coronavirus is de economische ellende nog verergerd. Het IMF voorspelt dat de economie dit jaar met 6,3 procent zal krimpen, de sterkste daling in Latijns-Amerika. Sinds het begin van de pandemie zijn al ruim 150.000 Ecuadoranen hun baan verloren.
Vooral armere mensen, in de informele sector, worden hard geraakt En dat worden er alleen maar meer als de nieuwe economische hervormingen worden doorgevoerd, vrezen de betogers. De vakbonden komen nu in opstand. "Als het coronavirus ons niet doodt, dan doet de regering dat wel", zei de leider van een vakbond in de hoofdstad Quito tegen persbureau Reuters.
