Honger en veiligheid worden de volgende problemen op Curaçao
"Mevrouw, hoe lang geleden hebben je kinderen gegeten?" Coraline Kooistra vraagt het, terwijl ze een voedselpakket op de tafel in de keuken legt. De buren hadden de hulpverleenster naar dit huis gestuurd. In de hoek zag ze twee magere jongetjes, een van vier en de ander van zeven. Heel mager, donkere plekken onder de ogen. "Precies twee weken geleden hebben de kinderen voor het laatst brood gegeten", zegt hun moeder. "Toen was er nog geen coronavirus en was de school nog open."
Coraline Kooistra is hulpverleenster en werkt bij de Crisisbank van de Stichting Tegen Kindermishandeling op Curaçao. "Deze vrouw heeft bijstand en maakte zo nu en dan het huis schoon voor een meneer in de buurt. Maar die meneer had haar naar huis gestuurd, omdat hij zelf zijn baan was verloren."
Curaçao is in lockdown. Mensen zitten verplicht thuis. Winkels zijn dicht, op supermarkten en apotheken na. Als je een auto hebt, mag je twee keer per week boodschappen doen. Wanneer je de straat op mag is afhankelijk van de lettercombinatie van je nummerplaat. Het vliegverkeer is op 13 maart, precies drie weken terug, stilgelegd.
De toen nog aanwezige toeristen hebben het eiland inmiddels verlaten. Curaçao is in één klap zijn belangrijkste bron van inkomsten kwijt. Gevolg: 16.000 mensen in de toeristische sector zijn hun baan kwijt. De regering zoekt naar oplossingen.
De dagloners, die 's ochtends nog niet weten of en hoeveel geld ze vandaag gaan verdienen, zijn de eerste slachtoffers. 1300 hebben zich inmiddels gemeld bij het ministerie van Sociale Zaken voor steun. Maar velen kennen de weg niet in die wereld of zijn illegaal op het eiland. Naar schatting 15.000 Venezolanen leven ondergronds, bang om opgepakt te worden.
Elf bevestigde patiënten
In de strijd tegen het virus lijkt Curaçao het goed te doen Er zijn slechts elf bevestigde corona-patiënten op een bevolking zo groot als Amersfoort. Ter vergelijking: die stad heeft bijna drie keer zoveel bevestigde besmettingen.
Het aantal patiënten valt ook mee in vergelijking met de andere grote Antilliaanse eilanden, Aruba en Sint-Maarten. Aruba telt 60 patiënten op 106.000 inwoners en op Sint-Maarten gaat het deze week ineens hard, van zes gevallen op maandag naar 23 vandaag.
Het relatief lage cijfer op Curaçao is volgens de overheid te danken aan het snel invoeren van strenge maatregelen. Er was in het begin veel draagvlak voor dat beleid, maar volgens Coraline Kooistra duurt dat niet lang meer.
"Gisteren weer nieuwe maatregelen op het nieuws. De mensen die ik zie, hebben eten nodig. Al die regels interesseeren hen geen bal. Zelfs corona interesseert hen niet. Ze willen eten. Ze moeten eten. That's it. Voedsel is nu de voornaamste zorg. We maken het echt niet beter als wij deze mensen aan de kant zetten. Er zijn er zoveel."
Ivonne Christiaan van de Stichting Shimaruku Curaçao houdt zich al sinds 1996 bezig met het inzamelen van middelen om schoolgaande kinderen in de buurt eten te geven. "Thuis krijgt niet ieder kind voldoende. Door de maatregelen van de overheid ligt het buurtcentrum plat, zodat de kinderen nu geen enkele maaltijd meer krijgen."
Voedselpakketten uitdelen
Haar stichting gaat voedselpakketten uitdelen in de buurt. Rond de vijftig gezinnen zijn daarvan afhankelijk. "We zijn ondertussen bezig met het inkopen van de goederen, maar wachten nog op ontheffing zodat we de voedselpakketten kunnen brengen. Dat schiet niet erg op. Andere hulpverleners, zoals de voedselbank, hebben daar ook problemen mee."
Lange rijen vormen zich inmiddels voor de supermarkt. Honderden meters lang. Zelfs nu driekwart van alle auto's de weg niet op mag. Een ondernemer die geduldig staat te wachten - hij moest zijn restaurant sluiten op het toeristische Mambo Beach- zegt: "Dit zijn mensen die nog wat kunnen kopen omdat ze werk hebben of nog wat geld achter de hand. Maar wat gaat er volgende week gebeuren? Dan gaan ook de mensen de straat op die niks meer hebben, of ze mogen of niet. Ik vrees het ergste."