Zorgen over niveauverschil thuislerende kinderen: 'Verschillen straks groot'
Annemieke van Put
redacteur Online
Annemieke van Put
redacteur Online
Het kabinet praat morgen over de vraag of de scholen na 6 april weer open kunnen. Volgens minister Slob is dat niet waarschijnlijk. Ondertussen groeit bij scholen de zorg dat sommige kinderen een grotere achterstand oplopen dan de rest van hun klas, omdat ouders om verschillende redenen niet kunnen helpen of omdat ze thuis geen laptop en wifi hebben.
Verschillende instanties proberen de achterstand voor deze leerlingen te verkleinen. Zo stelt de gemeente Amsterdam 3250 laptops en 450 wifi-hotspots beschikbaar voor leerlingen die thuis niet over de juiste middelen beschikken. Rotterdam doet hetzelfde, daar gaat het om ongeveer 4000 laptops.
"We hopen dat hiermee de eerste groep leerlingen die de afgelopen twee weken niet goed thuisonderwijs heeft kunnen volgen, hiermee geholpen is", zegt de Amsterdamse wethouder Marjolein Moorman in het NOS Radio 1 Journaal.
Ook basisschool Cleophas, in de Utrechtse achterstandswijk Overvecht, probeert met de inzet van laptops en iPads te voorkomen dat kinderen extra achterstanden oplopen. Maar het is niet altijd duidelijk wie die hulp precies nodig heeft.
"Als er een hulpvraag is, dan kun je helpen. Maar hoeveel kinderen en ouders zijn er die de hulpvraag niet durven te stellen?", zegt waarnemend directeur Tjabiene Dieleman. "Omdat ze de taal niet machtig zijn, of vanwege de angst om imago te verliezen. Of omdat ze die vraag gewoon niet durven te stellen."
Huiselijk geweld
Sinds de scholen dicht zijn wordt wel steeds duidelijker wie die hulp nodig heeft, ziet Dieleman. "We werken nu natuurlijk online en zo kunnen we zien wat kinderen doen. Na twee weken kunnen we constateren dat zo'n 10 tot 15 procent van de leerlingen het werk niet heeft gemaakt."
Maar dat kan ook andere redenen hebben. En dat is misschien nog wel een grotere zorg. Dieleman: "Er kan natuurlijk van alles spelen. Statistisch gezien hebben twee kinderen per klas te maken met huiselijk geweld. Dat is niet zichtbaar, het speelt zich af onder de waterlijn. Maar dat gaat wel allemaal door ons hoofd. Wat krijg je straks voor kinderen terug?"
De verschillen zijn straks enorm groot geworden.
Stichting Haagse Scholen, die 52 openbare scholen vertegenwoordigt in Den Haag, ziet ook achterstanden ontstaan bij leerlingen op sommige scholen. "We zien scholen waar alle kinderen aan de slag zijn en waar goed contact is met de leerlingen. Er zijn ook scholen waar kinderen nog geen laptop hebben omdat die er thuis niet is. Er is ook een aantal leerlingen waar nog helemaal geen contact mee is geweest. En daar ligt onze focus nu op", zegt woordvoerder Eke Wolters.
Volgens Wolters zijn de ouders van deze leerlingen meerdere keren gebeld en gemaild, maar zonder reactie. "Nu is er een brief gestuurd naar die gezinnen in de taal die ouders spreken om toch dat contact te krijgen."
Als de scholen weer opengaan
Dit soort situaties zijn volgens de schoolbestuurders zorgelijk. "De verschillen zijn dan enorm groot geworden", zegt Dieleman van de school in Utrecht. "Er zijn ouders die hun kinderen goed kunnen helpen, maar er zijn ook ouders die niks hebben kunnen doen met hun kind, die kinderen lopen dan achter. Hoe breng je die twee groepen dan weer bij elkaar? Daar kan ik 's nachts wakker van liggen."
Vooralsnog doen de instanties er alles aan om dat gat zo klein mogelijk te houden. "We gaan er nog wel steeds van uit dat ouders het beste voor hebben met hun kinderen", zegt Dieleman. "Alleen het beste willen voor je kind en weten wat het beste is voor je kind, daar zit nog best wel een verschil in."