Corona in Nederland: cijfers van 29 maart
Het afgelopen etmaal is het dodental als gevolg van het coronavirus gestegen met 132, meldt het RIVM. In totaal zijn nu voor zover bekend 771 mensen in Nederland overleden aan de gevolgen van het coronavirus. Het aantal patiënten dat in een ziekenhuis is opgenomen (geweest), is met 529 toegenomen tot 3483. Het aantal nieuwe ziekenhuisopnames en doden was niet eerder zo hoog.
Het RIVM meldt opnieuw dat het aantal in het ziekenhuis opgenomen patiënten en het aantal nieuwe overlijdensgevallen minder snel toeneemt dan verwacht kon worden als er geen maatregelen waren getroffen. Maar pas over enkele dagen kan het effect van de maatregelen worden beoordeeld, aldus de onderzoekers.
Volgens de laatste cijfers (18 uur) van de stichting NICE (Nationale Intensive Care Evaluatie) liggen er 975 coronapatienten op de IC. Gisteren rond dit tijdstip waren dat er 900. Diederik Gommers, van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care lopen die cijfers ongeveer een dag achter. Hij schat dat het daadwerkelijke aantal dus hoger is.
Volgens minister De Jonge van Volksgezondheid wordt de IC-capaciteit voor coronapatiënten op dit moment uitgebreid naar ongeveer 1050. Ernst Kuipers, voorzitter van het coördinatiecentrum dat de bedden over het land spreidt, benadrukt dat de capaciteit op dit moment nog voldoende is. De afgelopen 24 uur zijn er 41 IC-patiënten vervoerd naar andere ziekenhuizen. Twee patiënten zijn vanuit Zwolle naar Duitsland gebracht, zij liggen in een ziekenhuis in Münster.
Leeftijden
De meeste patiënten die in het ziekenhuis zijn opgenomen (geweest), zaten volgens het RIVM in de leeftijdscategorie 70-79 jaar. De meeste overleden patiënten zaten in de leeftijdscategorie 80-89 jaar.
Van de patiënten die in het ziekenhuis zijn opgenomen (geweest), had ruim de helft met zekerheid onderliggende aandoeningen. 18 procent had die niet. Bij 29 procent is dit onbekend. Van de patiënten die zijn overleden, had ook ruim de helft met zekerheid onderliggende aandoeningen: 5 procent had die niet. Bij 42 procent is het onbekend.
De vaakst gemelde onderliggende aandoeningen zijn hart- en vaatziekten of een hoge bloeddruk. Bij ziekenhuisopnames geldt dit voor 30 procent van de patiënten.