AEX dieprood, Wall Street beleeft grootste verlies sinds 2008
De Europese aandelenbeurzen maakten vandaag een duikvlucht na een toch al slechte week. De schade voor de Amsterdamse AEX is 7,7 procent. Hij sloot uiteindelijk op 490.7 punten, wat min of meer gelijk is aan de opening van vanmorgen. Vlak voor de opening van Wall Street stond de AEX zelfs op min 8,6 procent.
Ook de Amerikaanse beurzen gingen onderuit. De Dow Jones sloot uiteindelijk met een verlies van 7,8 procent, en de technologiebeurs Nasdaq verloor 7,3 procent. Het was het grootste verlies op Wall Street sinds 2008.
Ze openden ook zo'n 7 procent lager. Vanwege die grote koersverliezen werd de Amerikaanse beurshandel kort na opening 15 minuten stilgelegd, bedoeld om de markt wat af te koelen. Het is voor het eerst sinds het uitbreken van de financiële crisis in 2008 dat de handel op Wall Street onderbroken werd. Na de hervatting werden de koersverliezen iets minder.
Voor de Amsterdamse AEX komt deze dag op de twaalfde plek van alle grootste koersdalingen ooit, zegt analist Corné van Zeijl.
Grote verliezers zijn onder meer Shell, dat 17,5 procent inleverde. Bij opening verloor het olieconcern zelfs even 22 procent waarmee in een klap 30 miljard euro aan beurswaarde verdampte.
De AEX noteerde drie weken geleden nog een piek van 628 punten, maar is in drie weken tijd weggezakt tot onder de 500 punten, een daling van 20 procent.
De paniekmeters van de beurzen, de Amerikaanse VIX-index en de Amsterdamse VAEX-index, die de bewegelijkheid en nervositeit van de handel weergeven, zijn door het dak geschoten en hebben sinds eind 2008 niet meer zo hoog gestaan. Beleggers willen massaal van hun aandelen af, versterkt door de automatische koop- en verkoopprogramma's.
Corona en olie
De extreem grote koersdalingen zijn het gevolg van de wereldwijde problemen door de coronacrisis en de onverwachte, scherpe daling van de olieprijzen. In de markten groeit de angst dat het zich steeds verder verspreidende coronavirus de economie veel meer schade gaat toebrengen. De langdurige verstoring van productie en handel brengt allerlei grote en kleine bedrijven in problemen en de groei van de wereldeconomie wordt verlaagd. Het woord recessie valt steeds vaker.
Daarbovenop komen kelderende olieprijzen. De groeivertraging van de wereldeconomie als gevolg van het coronavirus drukt de vraag naar energie. Sinds de uitbraak was de olieprijs gestaag gedaald, van 68 dollar naar 50 dollar. De OPEC, het kartel van olieproducerende landen, wilde de dalende olieprijzen stoppen door de olieproductie verder te beperken, maar Rusland wilde hier niet aan meewerken. Rusland is de op twee na grootste olieproducent ter wereld, maar geen lid van de OPEC.
Saudi-Arabië, de leider van de OPEC, besloot daarop de olieprijzen te verlagen en de oliekraan juist verder open te zetten, om zo de Russen door een prijzenoorlog te dwingen toch mee te doen. Meer olie oppompen in een markt die minder olie nodig heeft, drukt de prijzen en kost olielanden miljarden. De forse prijsdaling dwingt de Russen misschien terug te keren naar de onderhandelingstafel, zo is het idee. Maar daar ziet het niet naar uit. Rusland heeft al aangekondigd de olieproductie op te voeren.
De olieprijs daalde even met 30 procent na de dreiging van Saudi-Arabië om de olieproductie op te voeren. Een vat ruwe Brent-olie kost 36 dollar, de helft van wat olie begin januari kostte.