Europees handelsverdrag met Canada verdeelt de politiek
Zeven jaar heeft de Europese Unie onderhandeld met Canada over een nieuw, omvangrijk handelsverdrag. In 2017 bereikten partijen een akkoord. De CETA, het Comprehensive Economic and Trade Agreement, regelt de handelsrelaties tussen de EU en Canada.
Tegen CETA is sinds 2017 een storm van kritiek opgestoken, van politici, economen en milieuorganisaties tot een deel van het mkb en kleine boerenorganisaties. Het handelsverdrag is slecht voor consumenten, dierenwelzijn en klimaat en alleen maar goed voor de multinationals, vinden ze.
Vandaag debatteert de Tweede Kamer over CETA. Het is nog maar de vraag of D66-minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel de handen van een meerderheid op elkaar krijgt. Eigenlijk zijn alleen coalitiepartijen VVD, CDA en D66 uitgesproken voor.
De lidstaten van de Europese Unie moeten CETA ratificeren. Van de 27 lidstaten hebben pas dertien dat gedaan, Nederland nog niet. Maar het handelsverdrag is voor het grootste deel al wel in werking getreden, dankzij de zegen van het Europees Parlement.
Meer varkensvlees
CETA zou al geleid hebben tot een groei van de Nederlandse export. De meeste douaneheffingen zijn vervallen. In 2015 bedroeg de Nederlandse export naar Canada 2,9 miljard euro, in 2018 was dat al bijna 4 miljard euro. Daarbij moet wel aangetekend worden dat de wereldeconomie en de Nederlandse economie in diezelfde periode een stevige groei doormaakten.
De vrees bij sommigen dat de Nederlandse markt overspoeld zou worden met Canadese producten lijkt vooralsnog niet te worden bewaarheid. Varkensboeren waren bijvoorbeeld bang voor de komst van grote hoeveelheden goedkoop Canadees vlees, maar Nederland is juist meer varkensvlees naar Canada gaan exporteren.
De meningen over CETA zijn grondig verdeeld. Zo dreigt volgens de een een ongecontroleerde import van Canadese 'chloorkippen' en hormoonvlees en worden de soepeler Canadese regels en voorschriften gelaakt, omdat die de Nederlandse voedingssector zouden benadelen. Minder strenge regels en lagere standaarden leiden tot oneerlijke concurrentie, is het idee.
Aan de andere kant mag volgens EU-regels met medicijnen behandeld vlees de EU niet in. Voor rund- en varkensvlees gelden quota en zo mogen Canadese bedrijven bijvoorbeeld niet meer dan 0,4 procent van het varkensvlees dat in Europa gegeten wordt naar de EU exporteren. Volgens minister Kaag komt niets de EU binnen dat niet voldoet aan EU-normen en EU-criteria.
Schadeclaims
Het op te richten speciale arbitragehof ICS (Investment Court System), dat bedrijven de mogelijkheid geeft om claims tegen overheden in te dienen als belangen en investeringen geschaad zouden worden door wet- en regelgeving, wordt gewantrouwd. CETA zou een speeltje zijn van het grootkapitaal, van multinationals, en het midden- en kleinbedrijf wegdrukken en burgers, ngo's en vakbonden buitenspel zetten.
Ook over het ICS zijn juristen verdeeld. Veel zaken die in het verleden zijn aangespannen werden door overheden gewonnen en tegen Nederland heeft nog nooit een zaak gespeeld. Daarnaast hebben vakbonden en ngo's wel degelijk een stem in het arbitragehof.
Slecht en onhandig
Nederland behoort overigens zelf tot de wereldtop qua claims van bedrijven tegen overheden, aldus de UNCTAD. Tussen 1987 en 2017 werden er liefst 108 claims ingediend door Nederlandse ondernemingen, waarmee het wereldwijd op de tweede plek komt. Alleen Amerikaanse bedrijven dienden in deze tijd meer claims in: 174.
Kaag wijst erop dat CETA een compromis is van 27 lidstaten en dat het perfecte verdrag niet bestaat, maar "het is wel bijna een beetje voor Nederland geschreven." Treuzelen in onzekere handelstijden is "slecht en onhandig".