Kamervoorzitter Arib schrijft boze brief, Rutte geeft haar gelijk
De informatiepositie van de Tweede Kamer wordt regelmatig geschaad door het kabinet. Dat schrijft Kamervoorzitter Arib in een brief aan premier Rutte. Zij refereert aan eerdere gesprekken met Rutte hierover en constateert dat er weinig tot niets is verbeterd.
De media zijn vaak eerder op de hoogte van beleidsvoornemens van het kabinet dan de Kamer, schrijft Arib. Zij vindt dit "uit staatsrechtelijk oogpunt zeer ongewenst, zo niet onaanvaardbaar". Een van de belangrijkste taken van de volksvertegenwoordiging is het beoordelen en controleren van kabinetsbeleid. Die taak komt volgens Arib in gevaar.
Premier Rutte zegt in een reactie dat Arib 100 procent gelijk heeft in haar kritiek. Als ministers en hun ministeries eerst de publiciteit opzoeken en daarna pas de Tweede Kamer informeren dan klopt dat niet, zegt hij. Hij spreekt daar ministers op aan. Wie dat zijn wil hij niet zeggen, dat is vertrouwelijk.
"Maar ze luisteren niet naar me, dus dat is het probleem", zegt hij. Rutte vindt dat hij niet alles wat ministers en staatssecretarissen doen kan controleren. Dus hij blijft hen wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid, zegt hij.
Nieuwe trend
Arib heeft in haar brief ook kritiek op de nieuwe trend van ministers om "persmomenten" te organiseren. Ministers lichten dan aan journalisten hun nieuwe beleid toe. Vaak hebben Tweede Kamerleden hier nog niets over vernomen, terwijl zij wel al door journalisten worden gebeld om een reactie te geven.
Ook de tijdstippen die ministers uitkiezen voor belangrijke aankondigingen zijn tegen de afspraken, schrijft Arib aan Rutte. "De persmomenten vallen bovendien vaak op vroege ochtenden, late avonden en in het weekend."
Ook brieven aan de Tweede Kamer worden regelmatig 's avonds laat pas verstuurd. Hierdoor hebben Kamerleden geen normale werktijden en kunnen zij hun werk niet goed plannen.
Arib heeft Rutte gevraagd de kwestie in de wekelijkse ministerraad aan de orde te stellen. Dat heeft Rutte gedaan.