Oud-burgemeester Bloomberg maakt excuses om racistisch politiebeleid New York
Oud-burgemeester Bloomberg van New York heeft zijn excuses aangeboden voor het omstreden beleid van de politie om mensen bij geringe verdenkingen aan te houden en te fouilleren. Dat deed hij op een bijeenkomst in een zwarte kerk.
Het zogenoemde stop-en-fouilleer-beleid gaf agenten van de NYPD, met 36.000 agenten het grootste politiekorps van de Verenigde Staten, de mogelijkheid om mensen op straat preventief te fouilleren, te ondervragen of zelfs vast te zetten. Tussen 2003 en 2013 werden er daardoor miljoenen mensen aangehouden.
Het beleid werd door veel mensen gezien als etnisch profileren en racistisch. De critici zien zich daarbij gesteund door de cijfers: uit jaarcijfers bleek dat het merendeel van de aanhoudingen latino's of Afro-Amerikanen betrof en dat zo'n 70 procent van hen onschuldig was.
De inmiddels 77-jarige Bloomberg, die zich mogelijk voor de Democraten kandidaat gaat stellen voor de presidentsverkiezingen van volgend jaar, gaf in de kerk toe dat het 'stop-and-frisk program' fout was. "Als iemand onterecht is aangehouden door de politie, bied ik mijn excuses aan."
In 2012 liepen mensen in een mars naar Bloombergs huis om aandacht te vragen voor het etnisch profileren door de politie van New York.
Het aantal staandehoudingen nam onder Bloombergs leiding enorm toe. Bij zijn aantreden in 2002 gebeurde dat 97.000 keer, terwijl dat aantal in de jaren 2008 tot 2013 opliep tot meer dan 500.000 per jaar. Hoewel Bloomberg zijn excuses maakte, zei hij erbij dat hij "de geschiedenis niet kan veranderen".
