Armen hebben steeds minder te besteden: 'Ik kan net mijn boodschappen doen'
"115 euro is mijn leefgeld per week. Daar moet ik met mijn gezin met twee kinderen mijn boodschappen van doen, kleding van kopen en andere dingen van doen." Dat zegt glazenwasser Vincent Roeleveld. Hij is een van de 250.000 Nederlanders die kampen met schulden en worden begeleid bij het doen van hun uitgaven.
Die groep hield de afgelopen tien jaar steeds minder geld over. Dat blijkt uit een steekproef van Zelf, een netwerk van maatschappelijke bewindvoerders. Na aftrek van de vaste lasten houden mensen met schulden en lage inkomens gemiddeld dit jaar nog 386 euro over per maand voor primaire levensbehoeften.
Vincent heeft een gezin met twee kinderen en zit sinds 2009 in de schulden. Met jubelverhalen over hoe goed het gaat met Nederland kan hij niks:
Hoewel dat bedrag 14 procent hoger ligt dan in 2009 en de inkomens meestal zijn gestegen, houden ze door een verhoging van de vaste lasten en een prijsstijging van consumptiegoederen toch minder geld over.
En dat kan Vincent, die sinds 2009 in de schulden zit, alleen maar beamen. "In principe verdien ik nog steeds hetzelfde als wat ik voorheen verdiende, maar ik heb niks extra. 115 euro per week is echt heel krap. Daar kan ik net mijn boodschappen van doen. Een etentje of een keer naar een pretpark zit er niet in."
Daarom krijgt hij sinds 2016 hulp van een sociaal bewindvoerder. En met succes, want als alles goed gaat, is hij over twee jaar definitief uit de schulden. Een dag waar hij allang naar uitkijkt. "Dan gaan bij mij de slingers aan de muur en dan gaat de vlag uit."
Agenda
Het ministerie van Sociale Zaken zegt dat ze de koopkracht van kwetsbare groepen hoog op de agenda hebben staan. Op Prinsjesdag worden de plannen voor volgend jaar bekendgemaakt.